De kracht van ouderenparticipatie 

De kracht van ouderenparticipatie 

In het nieuwste nummer van het vakblad Vastgoedsturing is hoogleraar Tineke Abma geïnterviewd over de rol van ouderen in de samenleving. In het interview deelt zij haar visie op hoe we ouderen beter kunnen betrekken bij besluitvorming, en waarom hun ervaring en kennis essentieel zijn voor een leeftijdsvriendelijke toekomst.

 


Ouderen bieden een unieke bron van kennis

We moeten ouderen niet zien als kostenpost. Dat verhoogt enkel de polarisatie tussen generaties en geeft een verkeerde blik op de samenleving. We moeten ouderen veel meer betrekken bij besluitvorming en gebruik maken van hun collectieve wijsheid. Dan komen we tot een leeftijdsvriendelijke samenleving waarin jong en oud elkaar versterken en aanvullen. Hoogleraar Ouderenparticipatie Tineke Abma pleit dan ook voor meer en beter georganiseerde ouderenparticipatie.

Ouderen worden volgens Abma nog vaak over het hoofd gezien. Dat grenst volgens haar aan ageisme. ‘Nog te veel mensen hebben negatieve stereotypen en vooroordelen ten opzichte van mensen op leeftijd. Ouderen zijn kwetsbaar en afhankelijk; ze zijn lief en aardig, maar behoorlijk incompetent. Over ingewikkelde vraagstukken kunnen ze beter niet meepraten.’ Dat beeld zie je volgens Abma bij veel professionals die wel plannen en beleid maken vóór ouderen, maar niet mét ouderen. Toch ziet ze langzaam een verschuiving in denken over ouderenparticipatie.  

‘Er is lange tijd onvoldoende aandacht geweest voor ouderenparticipatie. Dit was deels het gevolg van geïnternaliseerd agisme. Veel ouderen dachten zelf ook dat ze te oud waren om mee te praten. Ze kwamen uit een generatie die geleerd had respect te hebben voor autoriteit, voor de dokter en de beleidsmakers. Nu krijgen we te maken met een heel ander type ouderen, de generatie  babyboomers. Dat zijn mensen die geleerd hebben om mee te praten. Ze voelen zich vaak nog jong en vitaal en laten zich niet de wet voorschrijven. Er ontstaat daardoor druk van onderop. Ouderenparticipatie wordt steeds meer een thema.’

Raad van Ouderen
Een mooi voorbeeld hiervan ziet Abma in de oprichting van de Raad van Ouderen (RvO) in 2018. Dit adviesorgaan van het ministerie van VWS geeft gevraagd en ongevraagd advies aan de overheid. ‘De RvO heeft in september ongevraagd advies uitgebracht over participatie en zeggenschap. Samengevat komt het advies erop neer dat de kennis en ervaring van ouderen beter benut moet worden bij het maken van beleid. De overheid moet volgens de Raad een strategie ontwikkelen voor de lange termijn. Beleidsparticipatie door ouderen zou daarbij verplicht moeten worden in beleidsprocessen.’ 

Een goede ontwikkeling volgens de hoogleraar. ‘Als we een inclusieve en zorgzame samenleving willen, dan is het belangrijk dat iedereen mee kan praten. Ook de ouderen.’ Er zijn volgens Abma drie belangrijke redenen voor ouderenparticipatie: inhoudelijk, normatief en pragmatisch. ‘Inhoudelijk hebben ouderen een unieke bron van kennis op basis van hun eigen ervaringen met het ouder worden. Ze weten hoe het voelt om ouder te worden. Hun ervaringskennis is daarom belangrijk bij ontwikkelingen in vastgoed en complementair aan de kennis van professionals. Door samen met ouderen te werken en ouderen te laten participeren, kom je achter hun wensen en verlangens. Die kunnen vervolgens worden meegenomen in plannen en beleid.’

Zeggenschap
De tweede reden voor ouderenparticipatie is normatief, stelt Abma. ‘Op basis van democratische principes als sociale inclusie en sociale rechtvaardigheid wil je ouderen een stem geven. Plannen en beleid raken hun belangen en dus moeten ze zeggenschap hebben. Ze moeten hun belangen kunnen inbrengen zodat die meegewogen kunnen worden in de plannenmakerij.’ En dan is er nog een pragmatisch argument voor ouderenparticipatie. ‘Als je mensen laat meedenken en draagvlak creëert voor beleid en plannen, dan voelen mensen zich veel meer eigenaar van die plannen en zijn ze eerder geneigd om die te accepteren. Ze kunnen bijna als een soort ambassadeurs optreden voor datgene waaraan ze een bijdrage hebben geleverd.’ 

Volgens Abma is het belangrijk dat ouderenparticipatie goed wordt ingericht. ‘Er is nog te vaak sprake van pseudo-participatie. Dan mogen ouderen aan tafel zitten, maar voelen ze zich vooral een excuus Truus. Dan is de participatie vooral symbolisch. Of ze worden in een te laat stadium betrokken als de strategische beslissingen al zijn genomen.’ Abma’s advies: ‘Betrek de eindgebruikers zo snel mogelijk. Ga met ze in gesprek om samen te bepalen wat de visie op de toekomst is en wat daarvoor nodig is. En laat die eindgebruikers ook in strategische beslissingen meedenken. Geef ze een stem door het hele proces, van start tot eind.’

Participatie-ladder
Een ander advies van Abma is om van tevoren helder te communiceren over de mate van zeggenschap. ‘Wat verwacht je van elkaar? Het is heel belangrijk om dat vanaf het begin duidelijk te hebben. Als dat niet duidelijk is, organiseer je in feite de teleurstelling.’ Een handig hulpmiddel hierbij is de participatie-ladder die in 1969 werd ontwikkeld door sociaal werker Sherry Arnstein. ‘Die is vandaag de dag nog actueel. Volwaardige participatie is volgens Arnstein alleen mogelijk als je op gelijkwaardig niveau met elkaar staat en in co-creatie vanuit partnerschap beslissingen neemt. Daaronder zit advisering. Dan is de besluitvorming in handen van de andere partij. En daar weer onder krijg je raadplegen en informeren. De inspraak is dan minimaal.’ 

Als het aan Abma ligt, maken we de komende jaren een flinke inhaalslag met ouderenparticipatie. ‘Er is een enorme collectieve wijsheid in de samenleving bij ouderen. Het daadwerkelijk serieus nemen van die kennis is heel belangrijk. Dat is een andere bron van kennis. Dat biedt een ander perspectief op ontwikkelingen. Er zijn allerlei methoden en technieken om participatie vorm te geven, maar we moeten het vooral beschouwen als een relationeel gegeven, met alle spanningen die daarbij kunnen ontstaan. Professionals moeten echt ruimte bieden aan ouderen en de dialoog aan durven gaan. Dat kan alleen als er niet van tevoren een eindpunt is bepaald. Professionals moeten hun eigen twijfels en onzekerheden toelaten. Pas als ze dat doen, ontstaat er ruimte voor meervoudige perspectieven.’

Intergenerationeel
Om een echt inclusieve, leeftijdsvriendelijke samenleving te creëren, moeten we verschillende domeinen en generaties aan elkaar verbinden, stelt Abma. ‘Een goede inrichting van de openbare ruimte is hiervoor belangrijk, net als goede woonvormen, sociale participatie en inclusie. Allemaal domeinen die nodig zijn om te komen tot een leeftijdsvriendelijke samenleving. We moeten daarbij intergenerationeel denken en plannen. Veel te lang hebben we de maatschappij in aparte generaties verkaveld. Het is hoog tijd om het contact tussen jong en oud weer te stimuleren en op een goede manier vorm te geven. Dat prikkelt de verbeelding en dat prikkelt het spel.’ 

 

 

Een zwaluw in de kamer: Queerverhalen die je omarmen

Een zwaluw in de kamer: Queerverhalen die je omarmen

Ontdekken dat je vader een vrouw is. Je afvragen of er wel geld is voor een winterjas. Niet meer naar school willen omdat je wordt gepest. Verliefd zijn op een man en een vrouw tegelijk. Na een heftig ongeluk in een rolstoel belanden. Een eenzame, oude man ontmoeten. In Een zwaluw in de kamer gebeurt het allemaal.

Lezen en kijken
In twintig verhalen neemt Eveline van de Putte je mee in het leven van verschillende queerpersonen, op basis van gesprekken die ze met jong en oud voerde en haar  persoonlijke ervaringen. De verhalen ademen een sterk gevoel voor sfeer en intimiteit, terwijl Eveline de pijnlijke rafels van de samenleving niet schuwt. De prachtige illustraties van Linda Hirzmann maken van het boek een fijne lees- én kijkervaring.

“In dit boek staat de schoonheid van allerlei soorten mensen centraal. Elkaar leren kennen en écht zien is zo belangrijk voor een mooiere samenleving. Een aanrader. Juist nu!” – Francis van Broekhuizen, operazangeres & pride-ambassadeur

Lezen en luisteren
Enkele van de verhalen kunnen ook worden beluisterd, waaronder Stil over Patom en Pajim. Dit verhaal wordt voorgelezen door Jörgen Raymann. En het verhaal Dans over een ongeluk en andere manieren om door het leven te dansen. Dit verhaal wordt voorgelezen door Magda Römgens, Mrs. Senior Pride 2021.

Luisteren, lezen en leren
Oprechte interesse tonen in de ander is de basis voor vertrouwen en een goed gesprek. Het creëert ruimte om elkaar vragen te stellen over elkaars leven, gevoelens en identiteit. Bovendien kan een verhaal waarin je jezelf herkent als een voorbeeld werken. Weten dat je niet de enige bent met een bepaalde ervaring of gevoel, werkt versterkend.

Over de auteur
Eerder schreef Eveline van de Putte over lhbtiq+-ouderen: Stormachtig Stil, levensverhalen van roze ouderen en Nieuwe Namen, levensverhalen van transgender ouderen. Ook is ze initiatiefnemer en vormgever van de interactieve voorstelling Tour d’Amour, geeft ze college en spreekt ze op symposia. Op 21 november van dit jaar kreeg Eveline van de Putte de Jo Visser Award 2024 uitgereikt voor haar werk dat zich richt op mensenrechten en empowerment. Ze gebruikt hierbij kunst als een middel om taboes te doorbreken en onbekende groepen stem en gezicht te geven.

Meer informatie / Boek bestellen

Jana Kerssies | Doorbreek taboes rondom seksualiteit bij ouderen

Jana Kerssies | Doorbreek taboes rondom seksualiteit bij ouderen

Jana Kerssies heeft een indrukwekkende academische achtergrond. Na het behalen van haar masterdiploma Internationale Ontwikkelingsstudies aan de Universiteit van Wageningen, zette ze haar studie voort met een master Sociologie aan de Universiteit van Amsterdam. Hier ontdekte ze haar passie voor het onderzoeken van genderdynamieken en seksualiteit, en ontwikkelde ze een sterke interesse in het verbeteren van de maatschappelijke positie van ondervertegenwoordigde groepen. Sinds juni 2023 maakt ze deel uit van het onderzoeksteam van Leyden Academy, waar ze haar kennis en ervaring inzet voor het project Seksualiteit en intimiteit op latere leeftijd. In dit interview beantwoordt Jana Kerssies onze vragen over hoe zij taboes rondom seksualiteit op latere leeftijd doorbreekt, wat zij hoopt te bereiken met haar werk en hoe ze de maatschappelijke representatie van seksualiteit op latere leeftijd wil veranderen.

Jana, je bent sinds juni 2023 onderdeel van het onderzoeksteam van Leyden Academy. Wat trok je naar deze organisatie, en hoe sluit jouw werk rond seksualiteit en intimiteit op latere leeftijd aan bij de missie van Leyden Academy om de vitaliteit en het welzijn van ouderen te bevorderen?
Tijdens mijn master Gender en Seksualiteit verdiepte ik me in diverse vormen van ongelijkheid, zoals seksisme, racisme en klassenongelijkheid. Toch merkte ik dat er nauwelijks aandacht was voor ageism, oftewel discriminatie op basis van leeftijd. Dat vond ik een groot gemis. Het werk van Leyden Academy bood me een kans om me verder te ontwikkelen en bij te dragen aan een onderbelicht thema. Ook het onderwerp seksualiteit en intimiteit op latere leeftijd sluit hier goed op aan. Door stigma en taboes wordt er vaak weinig aandacht aan besteed, terwijl seksualiteit een waardevolle bijdrage levert aan het algemeen welzijn en de positieve gezondheid van mensen, ongeacht hun leeftijd. Het is dus ook belangrijk voor de kwaliteit van leven van ouderen.

Wat hoop je te bereiken met het project ‘Seksualiteit en intimiteit op latere leeftijd’ en hoe wil je de maatschappelijke representatie van seksualiteit op latere leeftijd veranderen?
Mijn vurige wens is om het taboe rondom seksualiteit op latere leeftijd te doorbreken en ervoor te zorgen dat iedereen, ongeacht leeftijd, zich vrij voelt om hun unieke beleving van seksualiteit te uiten. Hiervoor is het cruciaal dat de huidige eenzijdige beeldvorming plaatsmaakt voor een meer diverse en realistische weergave van wat seksualiteit kan betekenen op latere leeftijd. Momenteel werken we aan een educatieve videoreeks waarin ouderen zelf centraal staan. Hierin delen zij hun ervaringen en perspectieven op seksualiteit en intimiteit. Dit project, dat mede wordt gefinancierd door Erasmus+ en Steunstichting Gezondheidszorg Voorschoten, is volop in productie. Ik vind het enorm inspirerend om te zien hoe dapper de deelnemers hun verhalen voor de camera delen. Hun openheid laat zien hoe veelzijdig seksualiteit op latere leeftijd kan zijn.

Binnen dit project hanteer je een participatieve benadering. Kun je uitleggen hoe je ouderen actief betrekt bij het onderzoek en welke impact dit heeft op de openheid en inclusiviteit van het gesprek over seksualiteit en intimiteit?
In het onderzoek organiseren we groepsgesprekken waarin ouderen met elkaar in gesprek gaan. Het bijzondere is dat zij grotendeels zelf bepalen hoe het gesprek verloopt. Ze delen hun vragen, wensen en ervaringen met elkaar, wat vaak leidt tot herkenning en nieuwe inzichten. Voor veel deelnemers is het de eerste keer dat ze in een vertrouwde setting over seksualiteit kunnen praten, omdat dit thema in hun eigen omgeving vaak moeilijk bespreekbaar blijkt. Deze openheid is echter essentieel om als samenleving een inclusiever beeld van seksualiteit op latere leeftijd te ontwikkelen. Alleen door te luisteren naar de ervaringen van ouderen kunnen we ontdekken welke mogelijkheden er allemaal zijn.

In je werk richt je je op het doorbreken van stigma’s rondom seksualiteit op latere leeftijd. Wat zijn volgens jou de grootste uitdagingen in het doorbreken van deze stigma’s, en hoe kan de samenleving hierin vooruitgang boeken?
We zien gelukkig een verschuiving naar groeiende aandacht voor seksualiteit op latere leeftijd. Waar het beeld eerst vooral werd bepaald door aftakeling en het stereotype van de ‘aseksuele oudere’, ontstaat nu meer ruimte voor de ‘succesvolle oudere’. Maar dit laatste beeld is vaak gebaseerd op een jong, fit en vitaal ideaal, wat ook een vorm van ageism is. De grootste uitdaging is het doorbreken van deze hardnekkige stereotypen. Beide beelden doen geen recht aan de diversiteit van hoe mensen ouder worden en hun seksualiteit beleven. Er is meer ruimte nodig voor verhalen die deze veelzijdigheid weerspiegelen, zodat we bestaande stigma’s kunnen ontkrachten en een meer realistisch en inclusief beeld kunnen creëren.

Je richt je op een diepgaand begrip van de beleving en ervaringen van ouderen. Wat zijn enkele belangrijke inzichten die je tot nu toe hebt opgedaan over hoe ouderen seksualiteit en intimiteit ervaren?
Wat mij het meest is opgevallen, is de enorme diversiteit in hoe ouderen seksualiteit en intimiteit beleven. Deze diversiteit heeft mij laten inzien hoe beperkt onze huidige beeldvorming is. Niet alleen over seksualiteit op latere leeftijd, maar ook over seksualiteit in bredere zin. Ik ben ervan overtuigd dat álle generaties kunnen leren van de levenservaringen en wijsheid van ouderen. Zij laten zien dat seksualiteit, net als ouder worden, in vele vormen kan bestaan.

Vandaag in de Telegraaf: Grijze haren, gouden jaren

Vandaag in de Telegraaf: Grijze haren, gouden jaren

Naar aanleiding van het geluksdossier in het recente ANBO-PCOB-magazine en de bijdragen van Josanne Huijg daaraan, heeft journalist Gijsbert Termaat een artikel voor de Telegraaf geschreven, genaamd ‘Grijze haren, gouden jaren’. “Het begin en einde van ons volwassen leven zijn, gemiddeld gezien, de gelukkigste perioden uit ons leven” aldus Josanne in het artikel. “We ervaren tussen de 25 en 45 jaar een dip in onze geluksgevoelens. Dat heeft ermee te maken dat we rond die leeftijd vaak nog bezig zijn met allerlei nog niet behaalde doelen en, soms onrealistische, verwachtingen. Denk aan het stichten van een gezin en het nastreven van een carrière en dat ook nog tegelijkertijd. Daarvan kun je stress ervaren. Als we ouder worden, stellen we onze doelen en verwachtingen bij, en kijken daarbij veel beter dan jongere mensen naar onze mogelijkheden.”

Hieronder het volledige artikel.

Vitality Club zet bewegen voor ouderen op de agenda in Den Haag

Vitality Club zet bewegen voor ouderen op de agenda in Den Haag

Donderdag 27 november overhandigde de Nederlandse Sportraad in perscentrum Nieuwspoort het adviesrapport ‘Laat ze niet zitten!’ aan Kamerleden Ilse Saris en Jacqueline van den Hil. Deelnemers van de Vitality Club waren daarbij aanwezig om te laten zien dat beweeginitiatieven voor en door ouderen succesvol bijdragen aan het verbeteren van de levenskwaliteit van ouderen.

In 2040 zal meer dan een kwart van de bevolking uit 65-plussers bestaan. Deze groep levert een waardevolle bijdrage aan de samenleving, onder andere door werk, vrijwilligerswerk en mantelzorg. Het is daarom cruciaal dat zij zo vitaal mogelijk blijven. In plaats van hen af te remmen, moeten we ouderen juist stimuleren om te bewegen en actief deel te nemen aan de maatschappij.

Toch blijft dit een uitdaging, volgens de Nationale Sportraad, die in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport het adviesrapport opstelde. Slechts 40 procent van de 65-plussers voldoet aan de Beweegrichtlijnen, terwijl het Nationaal Preventieakkoord streeft naar 75 procent. Diverse oorzaken liggen ten grondslag aan deze beweegarmoede: een aanbod dat niet aansluit bij de leefwereld van ouderen en de woonomgeving die onvoldoende uitnodigt tot beweging. Bovendien is er sprake van seniorisme, waarbij kwetsbare, inactieve ouderen vaak over het hoofd worden gezien.

Ouderen serieus nemen 

In het advies benadrukt de Nederlandse Sportraad dat de behoeften van ouderen serieus genomen moeten worden en pleit ze voor het integreren van beweging in gezondheidsbeleid, gecombineerd met versterking van lokale netwerken in samenwerking met gemeenten, welzijn, zorg en sport. Kamerleden Ilse Saris en Jacqueline van den Hil kregen het rapport in Nieuwspoort overhandigd uit handen van NL Sportraad-voorzitter Tom van ’t Hek. Zij verzekerden dat het rapport niet in de la zal verdwijnen en dat er in de Kamer over gedebatteerd zal worden. Staatssecretaris Vincent Karremans en neuropsycholoog Erik Scherder onderstreepten in een speciale videoboodschap ook het belang van beweging voor ouderen, waarbij zowel de overheid als de samenleving een belangrijke rol speelt.

De bijeenkomst werd op inspirerende wijze afgetrapt door de Vitality Club uit Leiderdorp. Met hun korte en uitputtende demonstratie, waaraan alle aanwezigen meededen, toonden zij niet alleen de kracht van beweging, maar ook hoe 65-plussers zelf initiatieven kunnen organiseren die bijdragen aan hun vitaliteit. De boodschap was helder: praten over bewegen is belangrijk, maar in actie komen maakt het verschil.

Bekijk hier de video van de Nederlandse Sportraad over het beweegadvies voor ouderen:

Lees het advies Laat ze niet zitten! op de website van de Nederlandse Sportraad:

Advies Laat ze niet zitten! Bewegen en sport door 65-plussers | Advies | Nederlandse Sportraad

Vijf tips van Josanne om gelukkig oud te worden

Vijf tips van Josanne om gelukkig oud te worden

Hoe gelukkig iemand zich voelt, wordt voor een groot deel al voor onze geboorte bepaald. Ongeveer 50% van het verschil in onze geluksgevoelens wordt door onze genen bepaald, 10% door leefomstandigheden en op de resterende 40% kan men dus zelf invloed uitoefenen. Hoe? Lees onderstaande tips van Josanne Huijg, psychologe en senior onderzoeker bij Leyden Academy.

Investeer in relaties
Betekenisvolle relaties zijn een belangrijke voorwaarde voor een gelukkige oude dag. En het omgekeerde is ook waar: volgens onderzoekers is eenzaamheid erg ongezond, en zelfs schadelijker dan roken of overgewicht. Het is dan ook raadzaam om in vriendschappen en dierbaren (familie, vrienden, buren etc.) te blijven investeren. Ook contact met jongeren is waardevol en inspirerend. Zo blijkt ook uit de indrukwekkende serie Tieners tegen kwalen van omroep Max.

“Een sociale cirkel kan een bron van steun, plezier en betekenis zijn.”

Zorg voor je fysieke en mentale gezondheid
Een gezonde levensstijl is essentieel om gelukkig ouder te worden. Besteed daarom aandacht aan voeding, slaap en beweging. Eet van een kleiner bord, dan eet u minder dan van een groot bord. Ban de tv en/of telefoon uit de slaapkamer, dat is beter voor het slaapritme (en seksleven)! En wat bewegen betreft, maak wat vaker een wandeling of kijk of er een laagdrempelige Vitality Club in de buurt is. Daarnaast is het belangrijk om uw mentale gezondheid in de gaten te houden. Neem de tijd om te ontspannen, stress te verminderen en positief in het leven te staan. Ontspanningsoefeningen kunnen daarbij helpen.

Wissel zitten af met staan, zitten is het nieuwe roken!”

Vind betekenis en doel
Het ervaren van zingeving is een belangrijke vorm van geluk. Ga hiernaar op zoek door na te denken over wat uw leven de moeite waard maakt en hoe u van betekenis kunt zijn voor anderen. Bijvoorbeeld door vrijwilligerswerk, zorgen voor een naaste die hulp nodig heeft of contact met jongeren. Vind activiteiten die uw passie en enthousiasme aanwakkeren. Aan iets bijdragen, kan een bron van geluk en tevredenheid zijn.

“Af en toe iets kleins voor iemand doen, zorgt voor meer geluksmomenten.”

Omarm nieuwe uitdagingen
Het is verleidelijk om in uw comfortzone te blijven, maar het aangaan van uitdagingen kan juist bijdragen aan uw geluk. Volg een cursus, leer een nieuw spel, probeer een creatieve hobby of onderneem een voor u onbekende activiteit. Door nieuwe dingen te ontdekken, blijf u mentaal scherp en ervaart u een gevoel van voldoening. Men is immers nooit te ooit om te leren!

“Door iets nieuws te leren, stimuleer je je brein.”

Tel je zegeningen
Wie tevreden is, heeft altijd genoeg, luidt het cliché. Clichés zijn nu eenmaal vaak waar. Geluk hangt niet zozeer af van de omstandigheden, maar vooral van de manier waarop iemand die omstandigheden ervaart. Tevredenheid kan men, hoe raar het ook klinkt, oefenen. Schrijf iedere dag een paar kleine dingen op waar u blij van wordt.

“Denk in kansen en mogelijkheden, ondanks eventuele beperkingen.”

Vraag uzelf af wat uw wensen, verlangens en ambities zijn. En wat ervoor nodig is om dat te bereiken. Ga hierover ook in gesprek met de mensen die belangrijk voor u zijn. Misschien leert u iets van hun verhaal en zij omgekeerd iets van u. De toekomst begint nu!

Deze tips zijn verschenen in de december-uitgave van het fraaie ANBO-PCOB-magazine ‘OuderENwijzer’, net als het interview met Josanne over gelukkig oud worden.

Symposium Vrouwen, werk en pensioen: motivaties en ambities in transitie

Symposium Vrouwen, werk en pensioen: motivaties en ambities in transitie

Vrijdag 29 november vond het symposium Vrouwen, werk en pensioen: Motivaties en ambities in transitie plaats, naar aanleiding van een pilotstudie van Leyden Academy over de ervaringen van vrouwen in Nederland tijdens de overgang van werk naar pensioen. Tijdens het symposium werd een belangrijke blinde vlek in de maatschappij belicht: vrouwen hebben in deze levensfase andere wensen, ambities en motivaties dan mannen.

Waardevolle stappen
Onderzoeker Elena Bendien presenteerde de bevindingen van de pilotstudie en ging in op hoe de transitie van werk naar pensioen samenhangt met lichaam, sociale connecties, leefruimtes en maatschappelijke verwachtingen. Als reactie hierop gaf gastspreker Petra Verdonk een inspirerende reflectie, waarin ze onder andere besprak hoe het afscheid van werk vaak ook een afscheid of verandering van identiteiten en zingeving inhoudt, en benadrukte de sleutelrol van flexibiliteit in dit proces. Vervolgens gingen de deelnemers in tafelgesprekken dieper in op belangrijke thema’s, zoals de verantwoordelijkheid van werkgevers en hoe vrouwen na hun pensioen hun expertise en ervaring waardevol kunnen blijven inzetten. Een deelnemer verwoordde het treffend: ‘Het waren waardevolle gesprekken. Samen hebben we betekenisvolle stappen gezet naar meer begrip, ondersteuning en nieuwe inzichten in deze cruciale levensfase en voor verder onderzoek.’

Videobijdrage Marjan Berk
De 92-jarige Marjan Berk, heeft meegedaan aan het onderzoek en gaf een opbeurende boodschap mee aan de deelnemers van het symposium, middels onderstaand filmpje. Als tip gaf ze aan vrouwen die met pensioen gaan: ‘Onderzoek wat je echt wilt doen en ga daar achteraan! Want er zijn in het leven momenten dat dat verandert!’ 

Het congres is mede mogelijk is gemaakt door het Jo Visser fonds en Hofje Codde & Van Beresteyn.

Op ontdekkingstocht vanuit het ‘Tussenland’

Op ontdekkingstocht vanuit het ‘Tussenland’

Alumnilezing Pauline Meurs over verouderen stemt tot nadenken
In een indrukwekkende alumnilezing nam Pauline Meurs vrijdag 22 november de oud-deelnemers aan de executive leergang van Leyden Academy mee in haar persoonlijke ontdekkingstocht van het ouder worden. De sociologe, emeritus-hoogleraar Bestuur van de Gezondheidszorg en voorzitter van de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving, maakte de aanwezigen bekend met het fenomeen ‘Tussenland’. Het gebied waar je je bijvoorbeeld bevindt als je na een leven lang gewerkt te hebben met pensioen gaat.

“De oudere is altijd die ander. Tot je het opeens zelf bent. Het overkwam mij ook. Ik moest mijn pas inleveren bij de universiteit. Tegelijk met mijn bibliotheekkaart want kennelijk lees je na je pensioen niet meer… Ik stelde mezelf de vraag wie ik eigenlijk was, maar nog veel meer wie ik eigenlijk ben. Na een ietwat verwarrende periode heb ik ervoor gekozen om in dat Tussenland in beweging te komen en op ontdekkingsreis te gaan. Dat voelt misschien wat onzeker, maar juist als je gebruik maakt van die scharrelruimte in de tijd ontstaan er nieuwe kansen.” Meurs benadrukte daarbij dat de periode tussen het oude en het nieuwe ongemakkelijk kan voelen. Maar dat het in de branding, tussen het strand en de zee, wel het meest bruisend is. “Daar speelt het echte leven zich af! En als je ervoor zorgt dat je geen speelbal wordt van de golven geeft het veel voldoening om daar te staan!”

Identiteit kwijt
Ze ervaart dat als je ouder wordt dat Tussenland heel belangrijk is. “Als je ‘opeens’ tot de ouderen behoort ben je meteen een stuk van je eigen identiteit kwijt. Je bent ondergedompeld in een groep die door sommigen als nutteloos wordt gezien of als een kostenpost. Maar waar de mensen aan voorbijgaan, is dat het geen homogene groep is maar één met een hele grote diversiteit. En dat het Tussenland dus voor iedereen anders is.”

Meurs prijst zich gelukkig met het feit dat zij tot de groep behoort voor wie het dubbeltje frequent de goede kant is opgevallen. “Ik werk nog steeds op een hoog niveau, ben daarnaast een nieuwe carrière gestart als styliste, heb een hond in huis gehaald en beschik over een rijk sociaal leven. Dat is een grote groep niet gegund. Dat maakt hun Tussenland ingewikkeld. Als voor jou het dubbeltje de verkeerde kant is opgevallen is het allemaal niet zo eenvoudig en licht. En dan moeten we ons afvragen of het credo in de ouderenzorg, waarin iedereen zo lang mogelijk thuis moet blijven wonen, realistisch en wenselijk is. Want wat is dan je thuis? En hoe kunnen de mensen in die omgeving een fijn leven hebben als je alleen maar te maken hebt gehad met een opstapeling van pech?”

Afbouw sociale zekerheid
De afbouw van de sociale zekerheid is in haar ogen daarbij desastreus. Ik maak me dan ook ernstige zorgen over de tweedeling die in ons land manifest is. “Waarom heb ík eigenlijk AOW? Ik heb het niet nodig met mijn pensioen terwijl het voor andere mensen hun hele inkomen is. Maak dat inkomensafhankelijk of bedenk andere zaken waardoor er een eerlijkere verdeling komt.”

Nu ze vanuit Tussenland weer volop op reis is, geniet ze volop. “Eigenlijk is verouderen een parodie op het leven. Een parodie waarbij je jezelf steeds weer opnieuw moet uitvinden. Dat geldt trouwens niet alleen bij je pensioen maar ook op veel andere momenten. Misschien goed als we als ouderen de jeugd daarin meenemen zodat zij niet pas op hun 67e het Tussenland ervaren maar al veel eerder. Het even stil durven staan, kan je namelijk ongelooflijk veel brengen. Al blijkt het in de praktijk ook heel hard werken.”

Klik hier als je meer wil weten over de executive leergang in 2025.

Eveline van de Putte ontvangt Jo Visser Award 2024

Eveline van de Putte ontvangt Jo Visser Award 2024

Schrijfster, fotograaf en trainer Eveline van de Putte heeft de Jo Visser Award 2024 ontvangen. Veel van haar werk richt zich op mensenrechten en empowerment. Ze gebruikt kunst als een middel om taboes te doorbreken en onbekende groepen stem en gezicht te geven. Zo heeft ze een bijdrage geleverd aan de zichtbaarheid en rechten van LHBTIQ+-personen, met name in het onderwijs en welzijn.

Eén van haar initiatieven, Tour d’Amour, een interactieve voorstelling in verpleeghuizen en wijkcentra, opent het gesprek met roze ouderen en is al 10 jaar lang een groot succes. Haar werk en haar inzet voor een inclusieve samenleving maken haar tot een belangrijk rolmodel voor velen.

De ceremonie vond op 21 november plaats in de Centrale Bibliotheek van Den Haag, tijdens het symposium over LHBTIQ+-vriendelijk onderwijs en welzijn. Dit evenement bracht experts, beleidsmakers en andere betrokkenen samen om de voortgang en uitdagingen op het gebied van inclusiviteit en welzijn voor LHBTIQ+-personen te bespreken. Inspirerende bijdragen waren onder andere van Siela Ardjosemito-Jethoe over inclusie en intersectionaliteit, Lucas Oldenburger over inclusiviteit en representatie in het onderwijs en dr. Suzanne van der Beek over de geschiedenis van queer jeugdboeken in Nederland. Het programma werd gehost door Stefano Frans, met muziek van Guus Westdorp.

Tijdens het symposium werd ook het nieuwe boek van Van de Putte, Een zwaluw in de kamer. Queer verhalen die je omarmen, gelanceerd. Het prachtig geïllustreerde boek bestaat uit twintig heel verschillende, op zichzelf staande verhalen. De verhalen normaliseren en integreren veel aspecten van seksuele- en genderdiversiteit in alledaagse gebeurtenissen.

De award, die voor de dertiende keer werd uitgereikt, is bedoeld om het gedachtegoed van Jo Visser te eren en vernieuwende projecten aan te jagen. Van de Putte ontving de prijs, bestaande uit een bronzen beeld en een geldbedrag van 5000 euro, uit handen van de voorzitter van het fonds, Jenneke van Pijpen.

Helende kunst? De waarde van kunst voor patiënten in het ziekenhuis.

Helende kunst? De waarde van kunst voor patiënten in het ziekenhuis.

Kunst in het ziekenhuis kan een krachtig middel zijn om patiënten en hun naasten te ondersteunen tijdens een moeilijke periode. Het kan gedachten en gevoelens in beweging brengen en zo bijdragen aan het welzijn van de patiënt. Maar wat doet kunst nu precies voor degenen die ermee in het ziekenhuis in aanraking komen?

Actief kunstbeleid
Het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) heeft in de afgelopen dertig jaar een gerenommeerde kunstcollectie opgebouwd. Dagelijks ervaren medewerkers, bezoekers, patiënten en studenten deze unieke collectie in de gangen, trappenhuizen, poliklinieken en verpleegafdelingen van het LUMC. Met het idee dat kunst zou kunnen bijdragen aan het creëren van een welkome omgeving en het doorbreken van de klinische sfeer. Naast de collectie zijn wisselende, laagdrempelige tentoonstellingen te zien in Galerie LUMC.

De waarde van kunstbeleving
Uit eerder onderzoek is gebleken dat kunstwerken zowel de geestelijke als lichamelijke gezondheid positief kunnen beïnvloeden, bijvoorbeeld bij het omgaan met of behandelen van een ziekte. Toch is zelden gevraagd naar de ervaringen van de patiënt en naasten zelf. Daarom staat in het onderzoek van Leyden Academy en het LUMC juist hun kunstbeleving centraal. Wat voegt kunst toe? Welke waarde heeft het voor hen? De uitkomsten van dit onderzoek geven inzichten die bij het toekomstig kunstbeleid kunnen worden ingezet.

Aanpak van het onderzoek
Om de ervaringen van patiënten en naasten in kaart te brengen, zijn verschillende methoden ingezet:

  • Verspreiding van vragenlijsten (waarvan er 93 zijn ingevuld) in de galerie en wachtkamers van poliklinieken in het LUMC.
  • Korte interviews met wachtende, zittende en lopende mensen in het ziekenhuis (28 interviews).
  • Diepte-interviews met patiënten en naasten die zich hadden aangemeld via de vragenlijsten (18 interviews met mannen en vrouwen tussen 30-80 jaar).
  • Een creatieve feedbacksessie met geïnterviewde patiënten en naasten om betekenissen en samenhang te verkennen en verbeelden in kleur, gedicht, collages, tekst, tekeningen etc. (10 deelnemers).

“Kunst leidt me af en het is ook een tijdverdrijf, maar daarnaast is het ook confronterend. Bijvoorbeeld het beeld van de handen die elkaar vasthouden waarvan een hand van een jong iemand is en de andere hand van een ouder iemand. Ik zit er qua leeftijd tussen maar ik twijfel of ik die leeftijd van die oudere hand met arm wel zal halen met mijn ziekte.”

Belangrijkste bevindingen
Het onderzoek toont dat beeldende kunst in het ziekenhuis een beweging van gedachten en gevoelens op gang brengt bij mensen. Heel duidelijk kwamen daarbij zes verschillende betekenissen naar voren die met elkaar samenhangen en door elkaar heen kunnen worden beleefd.

  1. Afleiding: Kunst biedt afleiding van lange wachttijden, spanning voor een uitslag of behandeling en gepieker. Het prikkelt de verbeelding en fantasie, waardoor er minder stress wordt ervaren. “Ik ben er dan even uit, even weg van mijn zorgen over mijn ziekte en lichaam en vragen als ‘wat moet ik nou toch straks?’”
  2. Emoties: Kunstwerken kunnen bestaande emoties versterken (verdriet, angst), maar roepen meestal juist andere ‘lichte en verrassende’ emoties op (troost, blijdschap, verrassing). “De kunst in een ziekenhuis geeft me positiviteit en lichtheid, en dat maakt me vaak blij.”
  3. Verbinding: Kunst creëert verbinding met de buitenwereld en samen kijken naar een werk geeft een gevoel van onderlinge verbondenheid. “Er is door die kunstenaar met heel veel toewijding aan gewerkt… dat zie en voel je dan ook, die menselijke connectie.”
  4. Herkenning: Kunst brengt een menselijke, huiselijke sfeer als tegenwicht in de ‘steriele’ ziekenhuisomgeving. Herkenning in een kunstwerk geeft een gevoel van vertrouwdheid. “Kunstwerken geven iets persoonlijks aan de saaie en doodse gangen.”
  5. Mens voelen: Naast het ziek zijn worden door kunst even andere aspecten van ‘mens zijn’ opgeroepen. “Kunst in het ziekenhuis geeft mij een gevoel dat ik weer een ‘heel mens’ ben en niet alleen maar een ziek lichaamsdeel.”
  6. Houvast: Kunstwerken kunnen dienen als houvast en ankerpunt bij het zoeken naar je bestemming in het grote, anonieme ziekenhuisgebouw. “Het is akelig dat je daar moet liggen, maar het geeft ook iets vertrouwds dat datzelfde schilderij van de vorige keer er dan nog steeds hangt.”

De kunstbeleving hangt af van drie invalshoeken: het ziekenhuis als gebouw en zijn zorgfunctie, de beeldende kunst zelf en de persoon die ernaar kijkt.

Conclusie
Hoewel kunst geen botbreuk heelt of ziekte geneest, kan het patiënten en naasten wel raken en hen zich weer meer een heel mens laten voelen in plaats van slechts een ziek lichaamsdeel. Daarnaast blijkt dat kunst in het ziekenhuis de fantasie en verbeelding kan prikkelen, en kan zorgen voor een prettigere, meer ontspannen omgeving waarin mensen zich wat fijner of minder gestrest voelen. Patiënten en naasten uitten ook wensen, zoals meer interactieve kunst, kunsttijdschriften in wachtkamers, muziekmogelijkheden en kunst aan de muur op verpleegafdelingen. En laten we de kamers van de patiënten zelf niet vergeten. Die kunnen worden verrijkt met zelfgemaakte of meegebrachte kunstuitingen.

Over het team en het onderzoek
Het onderzoek naar de waarde van kunst in het ziekenhuis is mogelijk gemaakt en uitgevoerd door het LUMC en Leyden Academy on Vitality and Ageing, en is uitgevoerd door Truus Teunissen, Annette Hendrikx, Zohra Bourik, Barbara Groot, Paul Lindhout, Tineke Abma en Sandrine van Noort. Deze publieksversie is een samenvatting van het wetenschappelijk onderzoek, waarvan de resultaten binnenkort in het internationale tijdschrift Arts & Health zullen worden gepubliceerd. Wil je meer informatie over het onderzoek? Neem dan contact op met Truus Teunissen.

 

In de media

12 november 2024: In radioshow De Ochtend van NPO Klassiek wordt hoogleraar Tineke Abma geïnterviewd over het project.
16 november 2024: Artikel in het Leidsch Dagblad met de titel ‘Kunst goed voor gezondheid’.