Actief en nieuwsgierig ouder worden: het verhaal van Frans van der Ouderaa

Actief en nieuwsgierig ouder worden: het verhaal van Frans van der Ouderaa

Frans van der Ouderaa is 76 jaar oud en getrouwd met zijn high school sweetheart Mariëtte. Ze hebben drie kinderen en zeven kleinkinderen, allen woonachtig in Engeland. Frans en Mariëtte hebben daar zelf ook lang gewoond maar verkozen Nederland bij het klimmen der jaren. “Ouder worden in Engeland is geen goed idee, niet qua infrastructuur en ook niet op het gebied van faciliteiten”, aldus Frans. De keerzijde is het gemis en dagelijkse betrokkenheid in het leven van hun gezin. 

Maar even een stapje terug. Na zijn academische opleiding in Leiden en Nijmegen bekleedde Frans tot zijn pensionering in 2008 diverse functies bij Unilever, hoofdzakelijk in Engeland. Maar thuiszitten bleek niets voor Frans te zijn, hij begon in 2009 aan een nieuw avontuur als Director for Business Development voor het Netherlands Consortium for Healthy Ageing. Vervolgens was Frans vanaf 2011 verbonden aan Leyden Academy on Vitality and Ageing, waar hij – momenteel parttime – nog steeds bij betrokken is. Hoog tijd om hem eens te bevragen wat hijzelf van het ouder worden vindt en welke ontwikkelingen hij op dat gebied ziet. 

Welke uitdagingen zie jij bij het ouder worden?
“Het is natuurlijk belangrijk om geestelijk en lichamelijk actief te blijven. Zo eten we gezond volgens de laatste inzichten en wandelen we minstens een uur per dag. Mobiliteit is zo belangrijk, net als sociale contacten. Daarnaast moet je nieuwsgierig blijven en nieuwe dingen ontdekken en ondernemen.” Benieuwd naar Frans zijn eetschema? Bekijk het hieronder.

Wat zijn volgens jou de belangrijkste ontwikkelingen op het gebied van gezonde veroudering?
“We kunnen veel gerichte informatie over gezondheid en gedrag beschikken door gebruik van de zogeheten wearables. De vele functies op je mobiel en smart watch zijn heel waardevol, en dan niet alleen voor het aantal dagelijkse stappen. Zo kan je bijvoorbeeld ook hartslag, slaapritme, zuurstofverzadiging van het bloed en stressniveau meten. Verder ben ik een voorstander van preventie door goede voeding en veel bewegen. Het is gezegde is niet voor niets: voorkomen is beter dan genezen!” 

Welke rol speelt de wetenschap en het verrichten van onderzoek hierin?
“Van alle (wetenschappelijke) kennis over metabolische gezondheid moet een vertaalslag met gerichte adviezen worden gemaakt, toegankelijk voor een groter publiek. En niet alleen via het internet, want daar zie je soms door de bomen het bos niet. Er valt ook nog een slag te slaan met de wel erg algemene adviezen van het Voedingscentrum en de voedingswaarden op verpakkingen. Te vaak let men uitsluitend op het vetpercentage maar niet op het percentage suiker. Consumptie van voeding met veel suiker is erg slecht voor je metabolische gezondheid en verhoogd het risico op type 2-diabetes en andere ernstige aandoeningen.” 

Wat is je wens als het gaat om het beter informeren van de burger?
“Graag zou ik vitaliteitscentra willen zien, waar burgers persoonlijke en praktische handvatten krijgen op het gebied van gezond ouder worden. Vanuit mijn betrokkenheid bij DuSRA-VOILA, het grootste Nederlandse samenwerkingsverband op het gebied van veroudering, heb ik de ‘honger’ naar juiste en duidelijke informatie gezien. Speciaal voor ouderen hebben we dan ook een gratis mini-cursus Vitaal ouder worden ontwikkeld. In acht wekelijkse e-mailnieuwsbrieven krijgt men met behulp van filmpjes, feiten en cijfers antwoorden op vragen als: Wat is veroudering eigenlijk? Hoeveel moet ik bewegen? Wat kan ik het beste eten? Hoe houd ik mijn spieren sterk?” 

En dan de slotvraag: Wat te doen na je pensioen?
“Ik vind het belangrijk om op professioneel vlak actief te blijven en mezelf uit te dagen. Ik hoop dan ook voorlopig nog parttime te blijven bijdragen met mijn expertise, ook vanwege het werken met jongere, inspirerende collega’s. Daarnaast geniet ik van het leven met Mariëtte, van familierelaties en inspirerende kennissen, van wandelingen en van zeilen.” 

Bijdrage aan ‘What Matters for Healthy Ageing’: Bendien en Abma over herinneringen

Bijdrage aan ‘What Matters for Healthy Ageing’: Bendien en Abma over herinneringen

Dr. Elena Bendien en Prof. dr. Tineke A. Abma hebben een bijdrage geleverd aan het recent verschenen boek What Matters for Healthy Ageing. Hun hoofdstuk Memories, Meaning, and Identity onderzoekt hoe herinneringen bijdragen aan identiteit en gezond ouder worden.

De waarde van herinneringen
Herinneren is een dynamisch en sociaal proces dat zowel persoonlijke als gedeelde ervaringen omvat. Bendien en Abma illustreren dit met het initiatief Zeeuws Weerzien, een herinneringskrant die ouderen uitnodigt om verhalen en beelden uit het verleden te delen. Dit blijkt niet alleen waardevol voor het ophalen van herinneringen, maar ook voor sociale verbinding en zingeving. Meer informatie over Zeeuws Weerzien:

Herinneren als mensenrecht
Uit het onderzoek blijkt dat het delen van herinneringen bijdraagt aan een gevoel van verbondenheid en welzijn. Tegelijkertijd benadrukken de auteurs dat iedereen zijn of haar eigen versie van het verleden mag hebben. Dit sluit aan bij het principe van ‘epistemische rechtvaardigheid’: het recht om herinneringen te delen en erkend te worden als volwaardige bron van kennis.

Bijdrage aan gezond oud worden
Door herinneringen te omarmen en te delen, kunnen ouderen niet alleen terugkijken op hun jongere zelf, maar ook hun huidige identiteit beter accepteren. Dit draagt bij aan een positieve kijk op ouder worden. Bendien en Abma stellen dat herinneren niet alleen een cognitieve functie is, maar een fundamenteel onderdeel van een betekenisvol leven.

📖 Het boek is beschikbaar als e-Book en als Hardcover.

Editor van het boek is Julie Byles.
Foto van Zeeuws Weerzien.

Publicatie Marleen Dohmen in The Gerontologist

Publicatie Marleen Dohmen in The Gerontologist

Hoe kunnen zorgprofessionals en naasten samenwerken aan goede zorg voor verpleeghuisbewoners? En hoe worden de rollen en verantwoordelijkheden in deze driehoek verdeeld?

Om deze vragen te beantwoorden, onderzocht Marleen Dohmen, samen met Mandy Visser, Josanne Huijg, Barbara Groot-Sluijsmans en Prof. dr. Tineke A. Abma, het morele begrip van zorgprofessionals, naasten en verpleeghuisbewoners over hun verantwoordelijkheden in het zorgproces.

Dit morele begrip van verantwoordelijkheden gaat verder dan alleen het verdelen van taken. Zoals zorgethica Margaret Urban Walker stelt: als we het over verantwoordelijkheden hebben, geven we onze visie weer over wie wat voor wie zou moeten doen. Verantwoordelijkheden zijn dus direct verbonden aan onze ideeën over wat ‘goed’ en ‘rechtvaardig’ is.

Belangrijkste inzichten uit het onderzoek

  • Traditionele hiërarchieën in het verpleeghuis en een mismatch tussen gezondheidszorg- en familie-ethiek bemoeilijken de samenwerking in de driehoek.
  • Geworteld in traditionele hiërarchieën, dragen zorgprofessionals de meeste verantwoordelijkheid in het zorgproces, met name op het gebied van beslissingsbevoegdheid.
  • Hoewel zorgprofessionals en bewoners deze verdeling van verantwoordelijkheden beide passend vinden, komen bewoners hierdoor onbedoeld aan de zijlijn te staan.
  • Naasten hebben een ander moreel begrip van hoe verantwoordelijkheden in de driehoek verdeeld zouden moeten zijn. Zij zouden graag meer invloed op het zorgproces willen hebben.
  • Zorgprofessionals en naasten maken hun verschillende opvattingen over de meest passende verdeling van verantwoordelijkheden niet expliciet, wat leidt tot spanningen in hun relatie, vooral op het gebied van vertrouwen en erkenning.

Wat betekent dit voor de praktijk
Om relationele en toekomstbestendige zorg te bevorderen, moeten er veranderingen plaatsvinden op drie niveaus: micro-niveau (in de zorgrelaties), meso-niveau (in de organisatie) en macro-niveau (in de samenleving). Hierbij moet expliciet aandacht zijn voor het bevorderen van inclusieve, democratische zorg en het verminderen van machtsverschillen in het zorgproces.

Haar artikel over dit onderzoek is recent gepubliceerd in The Gerontologist, een wetenschappelijk tijdschrift van Oxford Academic dat een multidisciplinaire kijk biedt op veroudering.

Lees het hier het artikel

Landelijke open dag van de Vitality Club tijdens Wereld Gezondheidsdag

Landelijke open dag van de Vitality Club tijdens Wereld Gezondheidsdag

Van 7 tot en met 11 april vieren we Wereld Gezondheidsdag, een initiatief van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) om wereldwijd aandacht te vragen voor gezondheid en welzijn. Deze jaarlijkse dag is de perfecte gelegenheid om de waarde van de Vitality Club te laten zien. We roepen alle meer dan 70 Vitality Clubs in Nederland op om vrienden, familie en buurtgenoten uit te nodigen en hen te laten ervaren hoe leuk, gezond en gezellig het is om samen in beweging te zijn.

De Vitality Clubs hebben een bewezen positieve invloed op zowel de fysieke als mentale gezondheid. Door dagelijks samen te bewegen, stimuleren de clubs een duurzame en gezonde levensstijl. Maar de voordelen gaan verder dan alleen lichamelijke gezondheid. De Vitality Clubs zorgen ervoor dat oudere wijkbewoners zich vitaler en gelukkiger voelen, terwijl ze hun sociale netwerk versterken. Leden helpen elkaar met klusjes in huis, gaan samen uit eten, organiseren vakanties of ondersteunen elkaar in tijden van ziekte. Zo draagt de Vitality Club bij aan een zorgzame, hechte wijk.

De geschiedenis van de Vitality Club in een notendop

Het concept van de Vitality Club vindt zijn oorsprong in de FreeWheel Club in Ulft. Deze club, opgericht in 2010 door Herman Wielens, bracht een groep van zeventig ouderen samen die elke werkdag een uur sportten en daarna gezellig koffie dronken. Herman wilde zijn leeftijdsgenoten helpen om meer te gaan bewegen, wat uiteindelijk de basis werd voor het onderzoek van Leyden Academy. Wetenschappers van de academie concludeerden dat dagelijkse beweging niet alleen de fysieke gezondheid bevordert, maar ook het sociale welzijn van ouderen versterkt. Geïnspireerd door deze bevindingen zijn inmiddels meer dan 70 Vitality Clubs in Nederland opgericht, die ouderen een actieve en sociale levensstijl bieden.

Doe mee aan de open dag!

Tijdens de open dag van 7 tot 11 april krijgen nieuwe deelnemers de kans om de Vitality Club in hun wijk te ervaren. Het is de perfecte gelegenheid om te ontdekken hoe de clubs bijdragen aan een gezonder, vitaler en socialer leven voor ouderen. Laat je inspireren en doe mee aan deze landelijke actie voor een gezondere toekomst!

Voor meer informatie over Vitality Clubs bij jou in de buurt, kun je terecht op www.vitality-club.nl of jong@leydenacademy.nl.

Onderwijs over seksualiteit, intimiteit en dementie. Een Europese samenwerking.

Onderwijs over seksualiteit, intimiteit en dementie. Een Europese samenwerking.

Eind januari mochten we onze Ierse en Duitse partners verwelkomen bij Leyden Academy voor een inspirerende sessie gewijd aan het vormgeven van ons Erasmus+ voorstel voor een samenwerking in volwasseneneducatie. Onze gedeelde visie? Het ontwikkelen van een cursus over een opwindende en belangrijke onderwerp: seksualiteit en intimiteit in het leven van mensen met dementie.

In heel Europa blijft dit onderwerp grotendeels onbesproken, met veel onbeantwoorde vragen. Toch zijn seksuele rechten mensenrechten, en dit omvat de rechten van mensen met dementie en hun mantelzorgers. Om ervoor te zorgen dat deze rechten worden erkend en ondersteund, is er behoefte aan op maat gemaakt onderwijs.

Diverse partners kwamen samen, met ieder hun eigen expertise en culturele perspectieven:

  • Ierland: Hoofdpartner Dr. Fergus Timmons (Alzheimer Society of Ireland)
  • Nederland: dr. Elena Bendien (sociaal en cultureel gerontoloog) en Jana Kerssies (onderzoeker) bij Leyden Academy on Vitality and Ageing
  • Duitsland: prof. dr. Andrea Berger-Klein (Universiteit van Hamburg)
  • Polen: Polish Alzheimer Association

Door kennis en ervaringen over de grenzen heen uit te wisselen, willen we van elkaars expertise leren en de culturele verschillen verkennen die houdingen ten opzichte van seksualiteit, intimiteit en dementie vormgeven. Onze samenwerking is ontstaan ​​uit het Erasmus+ Training and Cooperation Activities seminar 2024 in Warschau. We kijken ernaar uit om deze opwindende reis voort te zetten en bij te dragen aan een meer inclusieve, geïnformeerde en meelevende benadering van seksualiteit, intimiteit en dementie in volwasseneneducatie. Wilt u meer weten? Neem dan contact op met Elena Bendien via bendien@leydenacademy.nl.

Eindpresentaties van de Master Honours Class

Eindpresentaties van de Master Honours Class

De afgelopen drie maanden kregen 21 interdisciplinaire masterstudenten tijdens de Honours Class Making Impact, bridging research and society for inclusive health and wellbeing onderwijs over participatief en inclusief onderzoek. In groepjes gingen de studenten aan de slag in de praktijk, waar ze hun kennis direct toepasten. Gisterenavond presenteerden zij hun bevindingen en reflecteerden ze op het onderzoeksproces.

Een van de groepen onderzocht de rol van muziek bij het ervaren van emoties tijdens deelname aan het OdenseHuisOrkest. Uit gesprekken en observaties bleek hoe muziek herinneringen oproept, rust brengt en bijdraagt aan geluk. Een deelnemer merkte op: “I do indeed associate music with peace,” terwijl een ander vertelde hoe muziek oude herinneringen tot leven bracht.

Een andere groep gebruikte de methode photovoice om te onderzoeken waarom bewoners in lagere SES-wijken minder of geen gebruik maken van de groene omgeving. Door het maken van foto’s met hun deelnemers legden ze visueel vast hoe mensen hun omgeving beleven. De gesprekken gaven inzicht in de belemmeringen en motivaties om wel of niet te bewegen. Door zelf mee te wandelen, kregen ze bovendien een beter gevoel bij de praktijk.

Het hands-on leren was niet altijd makkelijk voor de studenten. Zo voelden ze zich soms een imposter of amateur, maar het was ook een waardevolle manier om op een inclusieve manier onderzoek te doen en samen te werken met de mensen voor wie we het onderzoek doen. Zo vertelde een van de studenten:

“Het bracht ons veel om daadwerkelijk de praktijk in te stappen en ‘echt’ aan de slag te gaan. Hierdoor gaat alles veel meer leven. Kijk, tuurlijk, in theorie wisten we dit [problemen die spelen] al, maar nu hebben we het ook echt mogen ervaren, zien en horen. Dat maakt het zo veel meer relevant.”

In de media | EenVandaag over leeftijdsdiscriminatie

In de media | EenVandaag over leeftijdsdiscriminatie

Op 27 januari 2025 was dr. Jolanda Lindenberg te zien bij EenVandaag, waar zij sprak over leeftijdsdiscriminatie. Dit fenomeen raakt 1 op de 3 ouderen en heeft ingrijpende gevolgen, zoals blijkt uit onderzoek van de ouderenbond ANBO-PCOB en andere studies.

Jolanda pleitte onder andere voor een andere kijk op leeftijd. ‘In plaats van alleen naar kalenderleeftijd te kijken, zouden we meer oog moeten hebben voor iemands vaardigheden, mogelijkheden en biologische leeftijd.’ Ze onderstreepte dat oudere mensen juist veel te bieden hebben: levenservaring, zelfbewustzijn en een cruciale rol in het draaiend houden van de samenleving, bijvoorbeeld door vrijwilligerswerk.

Bekijk hier het fragment:

Naast het fragment is er ook een artikel geschreven over het onderwerp op de website van EenVandaag:
Lees hier het artikel hierover geschreven door Caroline van den Heuvel.

De kracht van ouderenparticipatie 

De kracht van ouderenparticipatie 

In het nieuwste nummer van het vakblad Vastgoedsturing is hoogleraar Tineke Abma geïnterviewd over de rol van ouderen in de samenleving. In het interview deelt zij haar visie op hoe we ouderen beter kunnen betrekken bij besluitvorming, en waarom hun ervaring en kennis essentieel zijn voor een leeftijdsvriendelijke toekomst.

 


Ouderen bieden een unieke bron van kennis

We moeten ouderen niet zien als kostenpost. Dat verhoogt enkel de polarisatie tussen generaties en geeft een verkeerde blik op de samenleving. We moeten ouderen veel meer betrekken bij besluitvorming en gebruik maken van hun collectieve wijsheid. Dan komen we tot een leeftijdsvriendelijke samenleving waarin jong en oud elkaar versterken en aanvullen. Hoogleraar Ouderenparticipatie Tineke Abma pleit dan ook voor meer en beter georganiseerde ouderenparticipatie.

Ouderen worden volgens Abma nog vaak over het hoofd gezien. Dat grenst volgens haar aan ageisme. ‘Nog te veel mensen hebben negatieve stereotypen en vooroordelen ten opzichte van mensen op leeftijd. Ouderen zijn kwetsbaar en afhankelijk; ze zijn lief en aardig, maar behoorlijk incompetent. Over ingewikkelde vraagstukken kunnen ze beter niet meepraten.’ Dat beeld zie je volgens Abma bij veel professionals die wel plannen en beleid maken vóór ouderen, maar niet mét ouderen. Toch ziet ze langzaam een verschuiving in denken over ouderenparticipatie.  

‘Er is lange tijd onvoldoende aandacht geweest voor ouderenparticipatie. Dit was deels het gevolg van geïnternaliseerd agisme. Veel ouderen dachten zelf ook dat ze te oud waren om mee te praten. Ze kwamen uit een generatie die geleerd had respect te hebben voor autoriteit, voor de dokter en de beleidsmakers. Nu krijgen we te maken met een heel ander type ouderen, de generatie  babyboomers. Dat zijn mensen die geleerd hebben om mee te praten. Ze voelen zich vaak nog jong en vitaal en laten zich niet de wet voorschrijven. Er ontstaat daardoor druk van onderop. Ouderenparticipatie wordt steeds meer een thema.’

Raad van Ouderen
Een mooi voorbeeld hiervan ziet Abma in de oprichting van de Raad van Ouderen (RvO) in 2018. Dit adviesorgaan van het ministerie van VWS geeft gevraagd en ongevraagd advies aan de overheid. ‘De RvO heeft in september ongevraagd advies uitgebracht over participatie en zeggenschap. Samengevat komt het advies erop neer dat de kennis en ervaring van ouderen beter benut moet worden bij het maken van beleid. De overheid moet volgens de Raad een strategie ontwikkelen voor de lange termijn. Beleidsparticipatie door ouderen zou daarbij verplicht moeten worden in beleidsprocessen.’ 

Een goede ontwikkeling volgens de hoogleraar. ‘Als we een inclusieve en zorgzame samenleving willen, dan is het belangrijk dat iedereen mee kan praten. Ook de ouderen.’ Er zijn volgens Abma drie belangrijke redenen voor ouderenparticipatie: inhoudelijk, normatief en pragmatisch. ‘Inhoudelijk hebben ouderen een unieke bron van kennis op basis van hun eigen ervaringen met het ouder worden. Ze weten hoe het voelt om ouder te worden. Hun ervaringskennis is daarom belangrijk bij ontwikkelingen in vastgoed en complementair aan de kennis van professionals. Door samen met ouderen te werken en ouderen te laten participeren, kom je achter hun wensen en verlangens. Die kunnen vervolgens worden meegenomen in plannen en beleid.’

Zeggenschap
De tweede reden voor ouderenparticipatie is normatief, stelt Abma. ‘Op basis van democratische principes als sociale inclusie en sociale rechtvaardigheid wil je ouderen een stem geven. Plannen en beleid raken hun belangen en dus moeten ze zeggenschap hebben. Ze moeten hun belangen kunnen inbrengen zodat die meegewogen kunnen worden in de plannenmakerij.’ En dan is er nog een pragmatisch argument voor ouderenparticipatie. ‘Als je mensen laat meedenken en draagvlak creëert voor beleid en plannen, dan voelen mensen zich veel meer eigenaar van die plannen en zijn ze eerder geneigd om die te accepteren. Ze kunnen bijna als een soort ambassadeurs optreden voor datgene waaraan ze een bijdrage hebben geleverd.’ 

Volgens Abma is het belangrijk dat ouderenparticipatie goed wordt ingericht. ‘Er is nog te vaak sprake van pseudo-participatie. Dan mogen ouderen aan tafel zitten, maar voelen ze zich vooral een excuus Truus. Dan is de participatie vooral symbolisch. Of ze worden in een te laat stadium betrokken als de strategische beslissingen al zijn genomen.’ Abma’s advies: ‘Betrek de eindgebruikers zo snel mogelijk. Ga met ze in gesprek om samen te bepalen wat de visie op de toekomst is en wat daarvoor nodig is. En laat die eindgebruikers ook in strategische beslissingen meedenken. Geef ze een stem door het hele proces, van start tot eind.’

Participatie-ladder
Een ander advies van Abma is om van tevoren helder te communiceren over de mate van zeggenschap. ‘Wat verwacht je van elkaar? Het is heel belangrijk om dat vanaf het begin duidelijk te hebben. Als dat niet duidelijk is, organiseer je in feite de teleurstelling.’ Een handig hulpmiddel hierbij is de participatie-ladder die in 1969 werd ontwikkeld door sociaal werker Sherry Arnstein. ‘Die is vandaag de dag nog actueel. Volwaardige participatie is volgens Arnstein alleen mogelijk als je op gelijkwaardig niveau met elkaar staat en in co-creatie vanuit partnerschap beslissingen neemt. Daaronder zit advisering. Dan is de besluitvorming in handen van de andere partij. En daar weer onder krijg je raadplegen en informeren. De inspraak is dan minimaal.’ 

Als het aan Abma ligt, maken we de komende jaren een flinke inhaalslag met ouderenparticipatie. ‘Er is een enorme collectieve wijsheid in de samenleving bij ouderen. Het daadwerkelijk serieus nemen van die kennis is heel belangrijk. Dat is een andere bron van kennis. Dat biedt een ander perspectief op ontwikkelingen. Er zijn allerlei methoden en technieken om participatie vorm te geven, maar we moeten het vooral beschouwen als een relationeel gegeven, met alle spanningen die daarbij kunnen ontstaan. Professionals moeten echt ruimte bieden aan ouderen en de dialoog aan durven gaan. Dat kan alleen als er niet van tevoren een eindpunt is bepaald. Professionals moeten hun eigen twijfels en onzekerheden toelaten. Pas als ze dat doen, ontstaat er ruimte voor meervoudige perspectieven.’

Intergenerationeel
Om een echt inclusieve, leeftijdsvriendelijke samenleving te creëren, moeten we verschillende domeinen en generaties aan elkaar verbinden, stelt Abma. ‘Een goede inrichting van de openbare ruimte is hiervoor belangrijk, net als goede woonvormen, sociale participatie en inclusie. Allemaal domeinen die nodig zijn om te komen tot een leeftijdsvriendelijke samenleving. We moeten daarbij intergenerationeel denken en plannen. Veel te lang hebben we de maatschappij in aparte generaties verkaveld. Het is hoog tijd om het contact tussen jong en oud weer te stimuleren en op een goede manier vorm te geven. Dat prikkelt de verbeelding en dat prikkelt het spel.’ 

 

 

Een zwaluw in de kamer: Queerverhalen die je omarmen

Een zwaluw in de kamer: Queerverhalen die je omarmen

Ontdekken dat je vader een vrouw is. Je afvragen of er wel geld is voor een winterjas. Niet meer naar school willen omdat je wordt gepest. Verliefd zijn op een man en een vrouw tegelijk. Na een heftig ongeluk in een rolstoel belanden. Een eenzame, oude man ontmoeten. In Een zwaluw in de kamer gebeurt het allemaal.

Lezen en kijken
In twintig verhalen neemt Eveline van de Putte je mee in het leven van verschillende queerpersonen, op basis van gesprekken die ze met jong en oud voerde en haar  persoonlijke ervaringen. De verhalen ademen een sterk gevoel voor sfeer en intimiteit, terwijl Eveline de pijnlijke rafels van de samenleving niet schuwt. De prachtige illustraties van Linda Hirzmann maken van het boek een fijne lees- én kijkervaring.

“In dit boek staat de schoonheid van allerlei soorten mensen centraal. Elkaar leren kennen en écht zien is zo belangrijk voor een mooiere samenleving. Een aanrader. Juist nu!” – Francis van Broekhuizen, operazangeres & pride-ambassadeur

Lezen en luisteren
Enkele van de verhalen kunnen ook worden beluisterd, waaronder Stil over Patom en Pajim. Dit verhaal wordt voorgelezen door Jörgen Raymann. En het verhaal Dans over een ongeluk en andere manieren om door het leven te dansen. Dit verhaal wordt voorgelezen door Magda Römgens, Mrs. Senior Pride 2021.

Luisteren, lezen en leren
Oprechte interesse tonen in de ander is de basis voor vertrouwen en een goed gesprek. Het creëert ruimte om elkaar vragen te stellen over elkaars leven, gevoelens en identiteit. Bovendien kan een verhaal waarin je jezelf herkent als een voorbeeld werken. Weten dat je niet de enige bent met een bepaalde ervaring of gevoel, werkt versterkend.

Over de auteur
Eerder schreef Eveline van de Putte over lhbtiq+-ouderen: Stormachtig Stil, levensverhalen van roze ouderen en Nieuwe Namen, levensverhalen van transgender ouderen. Ook is ze initiatiefnemer en vormgever van de interactieve voorstelling Tour d’Amour, geeft ze college en spreekt ze op symposia. Op 21 november van dit jaar kreeg Eveline van de Putte de Jo Visser Award 2024 uitgereikt voor haar werk dat zich richt op mensenrechten en empowerment. Ze gebruikt hierbij kunst als een middel om taboes te doorbreken en onbekende groepen stem en gezicht te geven.

Meer informatie / Boek bestellen

Jana Kerssies | Doorbreek taboes rondom seksualiteit bij ouderen

Jana Kerssies | Doorbreek taboes rondom seksualiteit bij ouderen

Jana Kerssies heeft een indrukwekkende academische achtergrond. Na het behalen van haar masterdiploma Internationale Ontwikkelingsstudies aan de Universiteit van Wageningen, zette ze haar studie voort met een master Sociologie aan de Universiteit van Amsterdam. Hier ontdekte ze haar passie voor het onderzoeken van genderdynamieken en seksualiteit, en ontwikkelde ze een sterke interesse in het verbeteren van de maatschappelijke positie van ondervertegenwoordigde groepen. Sinds juni 2023 maakt ze deel uit van het onderzoeksteam van Leyden Academy, waar ze haar kennis en ervaring inzet voor het project Seksualiteit en intimiteit op latere leeftijd. In dit interview beantwoordt Jana Kerssies onze vragen over hoe zij taboes rondom seksualiteit op latere leeftijd doorbreekt, wat zij hoopt te bereiken met haar werk en hoe ze de maatschappelijke representatie van seksualiteit op latere leeftijd wil veranderen.

Jana, je bent sinds juni 2023 onderdeel van het onderzoeksteam van Leyden Academy. Wat trok je naar deze organisatie, en hoe sluit jouw werk rond seksualiteit en intimiteit op latere leeftijd aan bij de missie van Leyden Academy om de vitaliteit en het welzijn van ouderen te bevorderen?
Tijdens mijn master Gender en Seksualiteit verdiepte ik me in diverse vormen van ongelijkheid, zoals seksisme, racisme en klassenongelijkheid. Toch merkte ik dat er nauwelijks aandacht was voor ageism, oftewel discriminatie op basis van leeftijd. Dat vond ik een groot gemis. Het werk van Leyden Academy bood me een kans om me verder te ontwikkelen en bij te dragen aan een onderbelicht thema. Ook het onderwerp seksualiteit en intimiteit op latere leeftijd sluit hier goed op aan. Door stigma en taboes wordt er vaak weinig aandacht aan besteed, terwijl seksualiteit een waardevolle bijdrage levert aan het algemeen welzijn en de positieve gezondheid van mensen, ongeacht hun leeftijd. Het is dus ook belangrijk voor de kwaliteit van leven van ouderen.

Wat hoop je te bereiken met het project ‘Seksualiteit en intimiteit op latere leeftijd’ en hoe wil je de maatschappelijke representatie van seksualiteit op latere leeftijd veranderen?
Mijn vurige wens is om het taboe rondom seksualiteit op latere leeftijd te doorbreken en ervoor te zorgen dat iedereen, ongeacht leeftijd, zich vrij voelt om hun unieke beleving van seksualiteit te uiten. Hiervoor is het cruciaal dat de huidige eenzijdige beeldvorming plaatsmaakt voor een meer diverse en realistische weergave van wat seksualiteit kan betekenen op latere leeftijd. Momenteel werken we aan een educatieve videoreeks waarin ouderen zelf centraal staan. Hierin delen zij hun ervaringen en perspectieven op seksualiteit en intimiteit. Dit project, dat mede wordt gefinancierd door Erasmus+ en Steunstichting Gezondheidszorg Voorschoten, is volop in productie. Ik vind het enorm inspirerend om te zien hoe dapper de deelnemers hun verhalen voor de camera delen. Hun openheid laat zien hoe veelzijdig seksualiteit op latere leeftijd kan zijn.

Binnen dit project hanteer je een participatieve benadering. Kun je uitleggen hoe je ouderen actief betrekt bij het onderzoek en welke impact dit heeft op de openheid en inclusiviteit van het gesprek over seksualiteit en intimiteit?
In het onderzoek organiseren we groepsgesprekken waarin ouderen met elkaar in gesprek gaan. Het bijzondere is dat zij grotendeels zelf bepalen hoe het gesprek verloopt. Ze delen hun vragen, wensen en ervaringen met elkaar, wat vaak leidt tot herkenning en nieuwe inzichten. Voor veel deelnemers is het de eerste keer dat ze in een vertrouwde setting over seksualiteit kunnen praten, omdat dit thema in hun eigen omgeving vaak moeilijk bespreekbaar blijkt. Deze openheid is echter essentieel om als samenleving een inclusiever beeld van seksualiteit op latere leeftijd te ontwikkelen. Alleen door te luisteren naar de ervaringen van ouderen kunnen we ontdekken welke mogelijkheden er allemaal zijn.

In je werk richt je je op het doorbreken van stigma’s rondom seksualiteit op latere leeftijd. Wat zijn volgens jou de grootste uitdagingen in het doorbreken van deze stigma’s, en hoe kan de samenleving hierin vooruitgang boeken?
We zien gelukkig een verschuiving naar groeiende aandacht voor seksualiteit op latere leeftijd. Waar het beeld eerst vooral werd bepaald door aftakeling en het stereotype van de ‘aseksuele oudere’, ontstaat nu meer ruimte voor de ‘succesvolle oudere’. Maar dit laatste beeld is vaak gebaseerd op een jong, fit en vitaal ideaal, wat ook een vorm van ageism is. De grootste uitdaging is het doorbreken van deze hardnekkige stereotypen. Beide beelden doen geen recht aan de diversiteit van hoe mensen ouder worden en hun seksualiteit beleven. Er is meer ruimte nodig voor verhalen die deze veelzijdigheid weerspiegelen, zodat we bestaande stigma’s kunnen ontkrachten en een meer realistisch en inclusief beeld kunnen creëren.

Je richt je op een diepgaand begrip van de beleving en ervaringen van ouderen. Wat zijn enkele belangrijke inzichten die je tot nu toe hebt opgedaan over hoe ouderen seksualiteit en intimiteit ervaren?
Wat mij het meest is opgevallen, is de enorme diversiteit in hoe ouderen seksualiteit en intimiteit beleven. Deze diversiteit heeft mij laten inzien hoe beperkt onze huidige beeldvorming is. Niet alleen over seksualiteit op latere leeftijd, maar ook over seksualiteit in bredere zin. Ik ben ervan overtuigd dat álle generaties kunnen leren van de levenservaringen en wijsheid van ouderen. Zij laten zien dat seksualiteit, net als ouder worden, in vele vormen kan bestaan.