Bekijk de filmserie ‘Krasse Kunst’

Bekijk de filmserie ‘Krasse Kunst’

Wat kan kunst betekenen voor het welbevinden van oudere mensen? Dat is nauwelijks in woorden te vatten, laat staan in cijfers te meten. Je kunt het beste gewoon kijken naar ouderen die kunst beoefenen, die dansen, zingen, 3D-printen, schilderen en beeldhouwen. Hun beleving en enthousiasme vormen het levende bewijs dat we oudere mensen zoveel mogelijk kansen moeten geven om met kunst aan de slag te gaan.

De vierdelige filmserie ‘Krasse Kunst’ laat zien wat voor moois kunstbeoefening door ouderen kan opleveren, en welke knelpunten er nog zijn. U ziet ouderen zelf in actie en aan het woord, aangevuld met reacties van Joris Slaets (directeur Leyden Academy en hoogleraar ouderengeneeskunde), Hedy d’Ancona (oud-minister VWS), Frits de Lange (hoogleraar ethiek) en Erik Scherder (hoogleraar klinische neuropsychologie). Hun pleidooi klinkt als een klok: zet vol in op kunstprojecten voor ouderen!

Krasse Kunst omvat de volgende vier video’s, van elk circa 6 minuten:

  1. Kunst en contact (5 oktober 2016)
  2. Kunst op recept (12 oktober 2016)
  3. Kunst en geld (19 oktober 2016)
  4. Kunst geeft kracht (26 oktober 2016)

U kunt hier de trailer bekijken. Schrijf u hier in voor de nieuwsbrief van Krasse Kunst.

De filmserie Krasse Kunst is een initiatief van Stichting RCOAK en Fonds Sluyterman van Loo in het kader van het programma Lang Leve Kunst, gericht op het welzijn en welbevinden van ouderen.

Lunchlezing Marc de Rooij: Gelukkig Wonen

Lunchlezing Marc de Rooij: Gelukkig Wonen

Op woensdag 19 oktober 2016 verzorgde  architect Marc de Rooij van bureau BRTArchitecten een goedbezochte lunchlezing bij Leyden Academy. In het onderzoek ‘Gelukkig Wonen’ heeft hij zich verdiept in de invloed van de woning op de mate waarin ouderen langer zelfstandig kunnen blijven wonen.

Gestimuleerd door kleur, licht, vorm en lijnen
Vanuit de gedachte dat de omgeving voor het grootste deel ons gedrag bepaalt, ontwerpt De Rooij gebouwen en ruimtes die verleiden tot exact wat de bedoeling ervan is. Denk aan scholen die verleiden om te leren en werkruimtes die verleiden om te werken. Maar zeker ook woningen waarin ouderen langer zelfstandig kunnen blijven wonen, wooncomplexen die uitnodigen tot sociale interactie en zorginstellingen waarin bewoners worden verleid om in beweging te komen. Met kennis vanuit onder meer de neurowetenschappen kunnen ruimtes volgens De Rooij qua kleur, licht, vorm, lijnen en inrichting zo worden ontworpen dat ze iets met de gebruikers doen. Zo kan een ruimte stimuleren tot rust of juist activiteit, de sociale interactie vergemakkelijken, concentratie of creativiteit op een (thuis)werkplek vergroten (ook op latere leeftijd!), de oriëntatie in een huis of zorginstelling vergemakkelijken en uiteindelijk het langer zelfstandig en gelukkig wonen bevorderen.

Parkeerplaatsen voor mantelzorgers
De Rooij gaf enkele tot de verbeelding sprekende voorbeelden, zoals het gebruik van een ‘boerendeur’ of ‘duodeur’ die voor de helft open kan, om vanuit de veilige thuisomgeving gemakkelijk contact te leggen met voorbijgangers. Brede galerijen kunnen helpen om een eigen plekje te creëren met zicht op de wereld en vice versa (net als een balkonserre), dit kan ook een uitklapzitje zijn in het trappenhuis op tussenniveaus of naast de voordeur, om zelf op te zitten of een boodschappentas op te zetten. Dakramen of ramen die doorlopen in het dak laten meer licht door, dat stemt gelukkiger en oudere mensen hebben over het algemeen meer licht nodig. Lijnbelichting kan helpen om contrasten te vergroten (handig voor oriëntatie bij slechter zien) en volgens De Rooij moeten we niet alleen parkeerplaatsen vrijhouden voor mensen met een beperking, maar ook voor mantelzorgers. Houd ten slotte in gedachten dat de kleur rood activerend werkt, geel de creativiteit stimuleert en groen helpt ontspannen.

Levensloopbestendig bouwen
De Rooij brak in zijn lunchlezing ook een lans voor flexibele constructies in de bouw, zodat aansluitende woningen met de jaren gemakkelijk kunnen worden gewijzigd: uitbreiden bij gezinsuitbreiding, krimpen bij het uit huis gaan van de kinderen en eventueel een satellietruimte erbij als werkkamer of voor een mantelzorger of verzorgende aan huis. Zo worden woningen en wooncomplexen levensloopbestendig en niet langer alleen geschikt voor één type bewoner. De Rooij en BRTArchitecten zijn pioniers op dit terrein; we hopen dat deze lunchlezing eraan bijdraagt dat hun ideeën breed navolging vinden.

Kenniscafé: Hét recept voor geluk bestaat niet

Kenniscafé: Hét recept voor geluk bestaat niet

Wat geeft het leven kleur? En hoe verandert dat als je ouder wordt? Twintig Leidse senioren kwamen op vrijdag 14 oktober jl. naar ‘t Trefpunt voor het kenniscafé ‘Recepten voor geluk’. De deelnemers kregen wetenschappelijke inzichten aangereikt en gingen vooral ook met elkaar in gesprek over de ingrediënten van een gelukkig leven.

Het Kenniscafé werd georganiseerd door de Leidse Proeftuin Zorg & Welzijn, een samenwerkingsverband van vier kennisinstituten, in samenwerking met Radius Welzijn. Na eerdere cafés over het belang van bewegen en het fit houden van je brein, stond nu ‘geluk’ centraal. Professor Joris Slaets, directeur van Proeftuin-partner Leyden Academy, hielp de aanwezigen meteen uit de droom: er is geen kant-en-klaar recept. ‘Geluk is een individuele beleving.’ Politici, beleidsmakers, zorgbestuurders – zij hebben allemaal een mening over hoe het leven van ouderen eruit moet zien. Maar de enigen die iets over de kwaliteit van leven kunnen zeggen zijn de ouderen zelf, stelt Slaets. Hoe verschillend die antwoorden kunnen zijn, blijkt uit wat de aanwezigen onder ‘vitaliteit’ verstaan. ‘Gaan en staan waar je wilt’, roept de een. ‘Meedoen aan activiteiten’, meent een ander. ‘De energie hebben om dingen te ondernemen’, klinkt vanuit het midden van de zaal. Een andere deelneemster vult aan: ‘Aandacht hebben voor dingen.’

Aansluiten op persoonlijke verlangens
De fitheid van ouderen neemt af met het klimmen van de jaren, maar geldt dat ook voor hun kwaliteit van leven? Uit onderzoek blijkt volgens Slaets dat oudere mensen hun leven een dikke acht geven, zelfs als er gebreken komen. Maar zo’n gemiddeld cijfer zegt niet zoveel op individueel niveau, daarom moeten we zoveel mogelijk aansluiten bij de persoonlijke verlangens van oudere mensen. In dat kader heeft Leyden Academy de Life and Vitality Assessment ontwikkeld, een instrument dat op verschillende plekken in zorg en welzijn wordt ingezet. Het bestaat uit kaartjes met thema’s die voor iemand belangrijk kunnen zijn en een ‘gelukthermometer’ die laat zien hoe iemand zijn kwaliteit van leven ervaart en of er kansen zijn om de mate van tevredenheid te vergroten.

Schuiven en dubben
Ook de deelnemers aan het Kenniscafé gaan met het instrument aan de slag. Als eerste bepalen zij vanuit dertig kaartjes welke vijf thema’s in hun leven het allerbelangrijkst zijn. Dat is niet voor iedereen even makkelijk, blijkt uit het schuiven en dubben van de deelnemers. Een kordate dame van rond de zeventig (bril, steenrode corduroy blouse) is als eerste klaar. Kaartjes als ‘kleinkinderen’, ‘luxegoederen’, ‘natuur’ en ‘betaald werk’ gaan terug op de stapel – niet belangrijk genoeg. Een mevrouw in mosgroen t-shirt buigt zich over de selectie van haar buurvrouw. ‘Mobiliteit en gezondheid, is dat niet hetzelfde?’, vraagt ze. Allerminst, vindt haar buurvrouw, die slechtziend is. ‘Ook met gezondheidsproblemen kun je mobiel zijn.’ Zo zijn er meer nuances, bijvoorbeeld tussen zelf beslissingen nemen en zelfstandigheid. Een mijnheer met zandkleurig colbert: ‘Je kunt in een tehuis zitten en tóch zelf beslissen hoe je dag eruitziet.’ Zijn overbuurvrouw is het met hem eens. ‘Ik ben tachtig en bepaal zelf het moment waarop ik verhuis naar een kleinere woning.’

Een tien voor zelfstandigheid
De tweede stap in het zelfonderzoek, de kaartjes plaatsen op de ‘gelukthermometer’, vraagt ook wat denkwerk. Want je kunt je kleinkinderen heel belangrijk vinden, maar ze toch te weinig spreken. Dan eindigen ze laag op de gelukthermometer. Dit geldt niet voor de kleinkinderen van een mevrouw met petrolblauw vestje; zij krijgen een 9. ‘Ik zie ze elke week’, licht ze met zachte stem toe. Een vitale tachtiger (baardje, beige bodywarmer) plaatst al zijn kaartjes bovenin de thermometer. Een 10 krijgen zijn vrouw (die naast hem zit) en zelfstandigheid. Hobby’s en kinderen belanden op 9, internet en telefoon krijgen een 8. Deze tevreden heer studeert nog dagelijks: hij gebaart hoe hoog de stapel boeken is die thuis op hem wacht. ‘Sterrenkunde, nanotechnologie – ik kan hele dagen lezen.’ Zijn vrouw (angora vestje en opgestoken haar) beleeft nog veel plezier aan zangles. Bezig blijven, de dingen doen die je leuk vindt; iedereen aan deze tafel is het erover eens dat dit belangrijk is. De dame tegenover hen loopt al tegen de negentig, maar pakte nog op latere leeftijd vrijwilligerswerk op.

Ingrediënten voor geluk
Wat zegt de wetenschap over geluk? Onderzoekster Josanne Huijg van Leyden Academy noemt vier belangrijke ingrediënten, op basis van onderzoek naar het welbevinden van ouderen. Allereerst: doe dingen samen. ‘Nodig uw buurvrouw eens uit om samen boodschappen te doen.’ Dan pakt u meteen tip nummer twee mee: kom in beweging. ‘Een rondje wandelen geeft direct een gevoel van voldoening,’ vertelt Huijg. Het derde advies: beteken iets voor een ander, bijvoorbeeld door vrijwilligerswerk te doen of simpelweg door vriendelijk te zijn. Tot slot blijkt een positieve instelling bevorderlijk voor geluk; denk in mogelijkheden! Josanne’s collega’s van de Leidse Proeftuin turfden intussen bij alle deelnemers welke kaartjes zij hebben gekozen. De uitslag? Het vaakst genoemd (door zeven deelnemers) zijn lichamelijke en geestelijke gezondheid, zelf beslissingen nemen en kinderen. Zes keer genoemd: partner, familie, vrienden en kennissen, natuur en mobiliteit. Bij deze Leidse senioren staan sociale relaties en autonomie dus hoog in het vaandel.

Tips en telefoonnummers
De oefening tijdens het Kenniscafé gaf de deelnemers inzicht in hun eigen ‘recept voor geluk’. Het helpt om zelf na te denken over wat je gelukkig maakt, maar zeker ook om er met elkaar over te praten. Zo gebruikt een van de dames Skype om bij te kletsen met haar kleinkinderen in Zuid-Afrika; dit bleek een nuttig advies voor tafelgenoten van wie de familie ver weg woont. Aan alle tafels werden zo ervaringen, tips én telefoonnummers uitgewisseld. Geluk is iets heel persoonlijks, maar je kunt elkaar zeker helpen om je leefplezier te vergroten. De deelnemers keerden in elk geval met een grote glimlach huiswaarts.

De vier kennisinstellingen die samenwerken in de Leidse Proeftuin Zorg & Welzijn zijn Hogeschool Leiden, Leiden Institute for Brain and Cognition, Leyden Academy on Vitality and Ageing en TNO. De proeftuin wordt mede mogelijk gemaakt door gemeente Leiden. Kijk voor meer informatie op www.deleidseproeftuin.nl.

Joris Slaets: stel leefplezier van mensen voorop

Joris Slaets: stel leefplezier van mensen voorop

Joris Slaets sprak tijdens de Health & Care Day op 6 oktober 2016 over de essentie van goede zorg voor oudere mensen. In een kort interview na afloop maakte hij duidelijk dat zorg twee dimensies kent: enerzijds het beperken van narigheid, anderzijds het vergroten van leefplezier. Het verlangen van mensen zou wat Slaets betreft het primaat moeten krijgen in de langdurige zorg.

Lees ook het begeleidende artikel op zorgblog Skipr.

Kinderboekenweek: Lang zullen we leven

Kinderboekenweek: Lang zullen we leven

Tijdens de Kinderboekenweek van 5-16 oktober 2016 staan opa’s en oma’s centraal onder het motto ‘Voor altijd jong’. Een goede gelegenheid voor Leyden Academy en Wetenschapsknooppunt Zuid-Holland om basisschoolkinderen mee te nemen in de wereld van vitaal ouder worden.

Verouderingsmodule
Tijdens de start op woensdagochtend 5 oktober gaf David van Bodegom, verouderingswetenschapper bij Leyden Academy, kinderen van De Noordwijkse School een minicollege over veroudering. Dat de kinderen geboeid en geïnteresseerd waren bleek wel uit de vele vragen die ze hadden. Een goede achtergrond hadden de kinderen al dankzij de lessen en ateliers die De Noordwijkse School reeds aan dit onderwerp besteedde. De onderwijsmodule ‘Lang zullen we leven’ van het Wetenschapsknooppunt Zuid-Holland vormde hierbij een leidraad. In deze gratis, en voor alle basisscholen toegankelijke module staat oriëntatie op wetenschap centraal en in het bijzonder op het gebied van het verouderingsproces en ouderen in de maatschappij.

Iedereen wil oud worden, niemand wil oud zijn
In de afgelopen eeuw is de levensverwachting ieder decennium met 2 tot 3 jaar toegenomen en alles wijst erop dat deze trend zich voorlopig doorzet. Kinderen die nu worden geboren, hebben een grote kans om 100 jaar te worden. Ouderdom is veel meer dan een levensfase met lichamelijke en geestelijke klachten, het biedt juist ook tal van jaren waar we een zinvolle invulling aan kunnen geven. Onze toenemende levensverwachting heeft verrijkende gevolgen op cultureel, sociaal, juridisch en financieel-economisch terrein. Helaas is de samenleving nog niet klaar voor deze perspectiefverbreding.

Jong geleerd is oud gedaan
“Veel winst valt te behalen bij een positievere beeldvorming over ouderen en ouderdom. Het verbinden van jong en oud is in deze een logisch stap. De verschillende generaties ontmoeten elkaar wel, maar toch zijn de werelden van ouderen en jongeren erg gescheiden. Terwijl we juist veel van elkaar kunnen leren”, aldus Van Bodegom.

Kwetsbare ouderen in crisissituaties: ‘IJzer smeden als het koud is’

Kwetsbare ouderen in crisissituaties: ‘IJzer smeden als het koud is’

Op maandag 26 september jl. keerden zo’n dertig oud-deelnemers aan de executive leergang Veroudering en Gezondheidszorg terug in Leiden voor de jaarlijkse alumnidag. Een mooie traditie waarbij er naast een inhoudelijk programma volop ruimte is om kennis te maken en bij te praten met collega-alumni van inmiddels zeven jaargangen van deze opleiding voor bestuurders en managers in de (ouderen)zorg.

Dilemma’s in de eerste lijn
Thema van deze editie was kwetsbare oudere mensen in crisissituaties. Ouderenpsychiater Renske de Reus (GGZ Rivierduinen) en kaderhuisarts ouderengeneeskunde Esther de Jager (gezondheidscentrum Wantveld, Noordwijk) deelden openhartig hun ervaringen. Aan de hand van praktijkcases schetsten zij de dilemma’s die spelen op deze acute crisismomenten. Is er sprake van somatiek en/of psychiatrie? Wat zijn de wensen van de oudere zelf en van de familie? Is de persoon in kwestie wilsbekwaam? Zijn er opnamebedden beschikbaar? De ingewikkelde wet- en regelgeving en verzuiling in de financiering kunnen de situatie verder bemoeilijken.

Projectieve identificatie
Antoinette Reerink, senior onderzoeker en voormalig zorgredacteur bij NRC Handelsblad, pleitte er in een beschouwing voor om ‘het ijzer te smeden als het koud is’. Soms moet er direct worden gehandeld, maar soms kan het beter zijn om geduld te betrachten, te troosten en alternatieven te overwegen die vooral uitgaan van positief welbevinden. In het nawoord lichtte Joris Slaets in dit kader het mechanisme ‘projectieve identificatie’ toe, waarbij je als zorgverlener zélf de radeloosheid voelt waarmee je wordt geconfronteerd, en daar intuïtief naar gaat handelen. Een moment van reflectie of ruggespraak met een collega die wat verder van de situatie afstaat, kan dan verstandig zijn.

Initiatief naar Australisch voorbeeld
Alumna Betty Birkenhäger vroeg ten slotte aandacht voor een bijzonder initiatief: Beter Thuis met Dementie. In een vakantiehuis doorlopen mantelzorgers en hun partners met dementie een intensieve 7-daagse cursus om hen te helpen om beter samen te leven met en te zorgen voor hun partner met dementie. Het idee is gestoeld op een succesvol Australisch initiatief onder leiding van professor Susan Kurrle (University of Sydney), die hierover sprak tijdens de executive leergang van 2014 en Betty inspireerde om dit ook in Nederland op te zetten.

Meer informatie over de executive leergang Veroudering en Gezondheidszorg vindt u hier.
De lezing ‘IJzer smeden als het koud is’ van Antoinette Reerink kunt u hier teruglezen.
De website van het Laurens-initiatief Beter Thuis met Dementie is hier te vinden.

Generaties huizen samen: woonprojecten voor jong en oud

Generaties huizen samen: woonprojecten voor jong en oud

De maatschappelijke belangstelling voor intergenerationeel wonen neemt toe. Dat constateren het Aedes-Actiz Kenniscentrum Wonen-Zorg, Leyden Academy on Vitality and Ageing en Vereniging Het Zonnehuis. Reden voor de drie organisaties om de digitale publicatie Generaties huizen samen uit te brengen, die vandaag wordt gepresenteerd tijdens het congres Expeditie Begonia.

Leyden Academy werkt samen met Vereniging Het Zonnehuis aan onderwijsvernieuwing en verbetering van de beeldvorming over (werken in de) ouderenzorg. Dat gebeurt onder meer door ontmoetingen tussen de generaties te stimuleren. Het Aedes-Actiz Kenniscentrum Wonen-Zorg ziet dat de leden van Aedes en ActiZ, corporaties en zorgorganisaties – samen met gemeenten, welzijnsorganisaties, ouderenorganisaties en burgerinitiatieven – werken aan meer variatie in het aanbod van wonen, zorg en welzijn. De drie landelijke organisaties stimuleren en ondersteunen initiatieven op deze terreinen.

Op veel plekken werken mensen er hard aan dat kwetsbare ouderen en andere mensen met beperkingen en kwetsbaarheden langer zelfstandig kunnen blijven wonen. Ze doen dat onder meer door projecten op te zetten waar jong en oud samenwonen. Nu eens in bestaand vastgoed, dan weer in nieuwbouw, steeds vaker met oog voor de wijk en gebruikmakend van de kracht van bewoners. Zo ontstaan prachtige projecten. De kennis die de organisatoren al doende ontwikkelen en de ervaringen die de bewoners opdoen, willen we graag verder brengen.

In de publicatie Generaties huizen samen komen vijf bestaande varianten in intergenerationeel wonen aan bod. Alle vijf zijn het voorbeelden van zinvolle ontmoetingen tussen jong en oud. In de publicatie staan de aandachtspunten bij de organisatie van deze projecten omschreven, voorwaarden voor succes, en hobbels en knelpunten. Oudere en jongere bewoners komen aan het woord. Beide generaties hebben elkaar gezelligheid, praktische steun en levenslessen te bieden, zo blijkt uit hun woorden. Een goede buur is beter dan een verre vriend, geldt hier in de praktijk.

Met deze publicatie willen het Aedes-Actiz Kenniscentrum Wonen-Zorg, Leyden Academy on Vitality and Ageing en Vereniging Het Zonnehuis iedereen die aan de slag wil met intergenerationele woonprojecten of bezig is met het vormgeven van ‘inclusieve wijken’, op ideeën brengen en laten leren van de lessen die tot nu toe geleerd zijn.

U kunt de publicatie Generaties huizen samen hier downloaden (pdf).

Klik hier voor een impressie van het congres Expeditie Begonia.

Op zorgblog Skipr vindt u een artikel van Marieke van der Waal over dit initiatief.

In geval van vragen kunt u contact opnemen met Niels Bartels.