Bevindingen onderzoek vragen onder de naoorlogse generatie

Bevindingen onderzoek vragen onder de naoorlogse generatie

“Ik had pijn, het was de pijn van mijn moeder die ze projecteerde. Maar wat is dan mijn pijn? Wie ben ik zonder de pijn van mijn moeder?” Deze uitspraak van een geïnterviewde dame met een Indische achtergrond is illustratief voor de ervaring van veel mensen uit de naoorlogse generatie; de kinderen van oorlogsgetroffenen. Stichting Joods Maatschappelijk Werk, Stichting Pelita en Stichting Het Nederlands Veteraneninstituut zien zich steeds meer met hun hulpvragen geconfronteerd, en vroegen Leyden Academy on Vitality and Ageing om de wensen en behoeften van de naoorlogse generatie in kaart te brengen. Met subsidie van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) is van september 2020 tot mei 2021 een kwalitatief onderzoek uitgevoerd, met als belangrijkste conclusie dat er onder hen veel specifieke vragen en behoeften leven en dat er van daaruit behoefte is aan contextgebonden en cultuurspecifieke ondersteuning.

Aanleiding en opzet onderzoek
Veel mensen uit de naoorlogse generatie redden zich goed en kenmerken zich door een grote mate van veerkracht en herstel. Toch ervaren de drie stichtingen dat er een steeds groter beroep op hen wordt gedaan vanuit deze generatie met vragen die zo nauw verweven zijn met het oorlogsverleden van hun ouders, dat zij hiermee in toenemende mate bij de specifieke hulpverlening terecht komen. In een verkennend onderzoek hebben onderzoekers van Leyden Academy naar antwoorden gezocht op vragen als: wat zijn hun hulpvragen en behoeften en wat maakt deze specifiek voor deze doelgroep? En hoe zou een passend aanbod eruit kunnen zien? Het onderzoek omvatte een literatuurstudie, dossieronderzoek, drie focusgroepen met 20 deelnemers (experts, vertegenwoordigers van de naoorlogse generatie en medewerkers van de betrokken organisaties) en 12 interviews met personen uit de naoorlogse generatie met een Indisch-Molukse, Joodse, Sinti en verzetsachtergrond.

Herkenning en erkenning
Uit het onderzoek komen heel diverse behoeftes en hulpvragen naar voren. Deze variëren van informatieve, kennis- en sociaal-culturele activiteiten tot specifieke zorg voor problemen in het dagelijks leven, fysieke en vooral psychische klachten: van onrust en depressieve gevoelens tot diagnoses zoals PTSS en angststoornissen. Ook leefden er vragen over hun herkomst en over hun ervaringen en achtergrond in relatie tot die van anderen. Centraal hierbinnen staan kwesties rondom herkenning en erkenning. Dit betreft processen omtrent de individuele (bijvoorbeeld erkenning dat je ervaringen er mogen zijn en ertoe doen) en collectieve identiteitsvorming (zoals kennis over je (familie)geschiedenis om ervaringen te kunnen plaatsen, en je relateren aan anderen zonder angst voor veroordeling of onbegrip), die gevormd zijn door hun ervaringen toen ze opgroeiden met ouders die de oorlog aan den lijve hebben ondervonden. Jolanda Lindenberg, onderzoeker bij Leyden Academy, licht toe: ”Veel geïnterviewden worstelen met kwesties die raken aan heel fundamentele vragen zoals: heb ik recht op geluk en plezier? Doet mijn lijden ertoe? En hoe kan ik de ervaringen van mijn ouders goedmaken? Dit soort vragen kunnen zwaar op mensen drukken, en ertoe leiden dat zij vastlopen.”

“En ze dachten altijd dat ze alleen waren geweest met hun verhaal. (…) Dus dat was een waanzinnig gevoel van erkenning en thuiskomen en herkenning. Dat hoorde je iedereen zeggen, “het was alsof we thuiskwamen”. Dat illustreert wel die honger naar verbondenheid en dat enorme gevoel van eenzaamheid doorbreken.”
(vrouw, psychiater, uit focusgroep experts)

Contextgebonden en cultuurspecifieke zorg
Mensen uit de naoorlogse generatie zoeken vaak pas op latere leeftijd hulp, omdat ze zich bijvoorbeeld niet realiseren dat hun klachten gerelateerd zijn aan de oorlogservaringen van hun ouders, of vanuit een gevoel dat hun lijden er minder toe doet. Velen van hen klopten eerst aan bij reguliere zorg en ondersteuning zoals een huisarts, coach of psycholoog. Het merendeel van de deelnemers aan het onderzoek kwam, vaak via omwegen, terecht in de specifieke dienst- en hulpverlening en gaf aan hier ook sterk behoefte aan te hebben. Diegenen die zowel in de reguliere als specifieke hulpverlening terecht waren gekomen, beschreven dat een specifieke benadering, waarbij aandacht is voor contextgebonden (kennis en kunde m.b.t. oorlogservaringen) en cultuurspecifieke aspecten (kennis en kunde m.b.t. culturele referentiekaders zoals normen, waarden en gebruiken) voor hen voelt als ‘thuiskomen’. Dit begrijpen vanuit de context van oorlog én de sociaal-culturele achtergrond blijkt een eerste en fundamentele behoefte voor veel van de onderzoeksdeelnemers uit de naoorlogse generatie.

“Ik ben me dat jaren niet echt bewust geweest. Want je beleeft jouw jeugd zoals die nou eenmaal is. Maar doordat ik in de volwassenheid toch bepaalde, nou, problemen ervaarde, kwam ik tot de conclusie dat toch datgeen, wat bij mijn ouders echt getraumatiseerd moet zijn geweest, dat dat toch door heeft geklonken in [mijn] jeugd”.
(vrouw, Joodse achtergrond, interview)

Vervolgstappen
Het onderzoeksrapport is in juni 2021 gedeeld met de deelnemers en zal door de betrokken stichtingen worden verspreid onder hun achterban. De stichtingen hebben het rapport ook aangeboden bij het Ministerie van VWS en gaan in gesprek over de bevindingen.

Klik hier voor het onderzoeksrapport ‘Vragen onder de naoorlogse generatie’ (Leyden Academy, juni 2021).

Neem in geval van vragen contact op met Jolanda Lindenberg.

Sociaal werk en de verpleeghuiszorg in één oogopslag

Sociaal werk en de verpleeghuiszorg in één oogopslag

De beroepsgroep van sociaal werkers wordt vaak vergeten als het gaat om het organiseren van kwaliteit van zorg en leven. Hierdoor wordt het sociale aspect in de verpleeghuizen minder benut dan mogelijk is. De zorg voor bewoners gaat namelijk veel verder dan alleen de medische zorg. Onze afstudeerstagiaire Sanne Spanjers maakte een infographic over de toegevoegde waarde van het sociaal werk in de verpleeghuiszorg. Om deze waarde breder bekend te maken, zal deze infographic door docenten Social Work en Verpleegkunde worden verspreid onder studenten en collega-docenten van de Hogeschool Utrecht.

Sanne verrichtte in de periode februari-juni 2021 bij Leyden Academy haar afstudeeronderzoek van de opleiding Social Work. Ze onderzocht op welke manieren verpleeghuisbewoners hun ervaringen kunnen (laten) vastleggen en ontdekte dat in deze ervaringen diverse talenten, wensen of behoeften verborgen kunnen zitten. Deze ontdekkingen kunnen ingezet worden om het leefplezier van bewoners te vergroten. Als sociaal werker ziet Sanne veel mogelijkheden om verder te gaan met het inzetten van ervaringen van de bewoners of andere betrokkenen. Uit een vastgelegde ervaring kan bijvoorbeeld blijken dat een naaste moeite heeft met het omgaan van het veranderende gedrag van een bewoner. De sociaal werker kan de naaste dan ondersteuning aanbieden op een manier die voor die persoon passend is.

In de infographic is te zien dat de sociaal werker een verbindende schakel kan zijn tussen de individuele bewoners, de netwerken en de samenleving. In elke context kan de sociale professional andere kwaliteiten inzetten, zoals het ondersteunen bij rouw en verlies van de naasten of het bevorderen van de zelfregie van de bewoner door diens krachten in te zetten. Verder kan de sociaal werker een rol spelen in het organiseren van verbindingen in de omgeving, waardoor het verpleeghuis meer onderdeel uitmaakt van de samenleving. Uiteindelijk gaat het bij het sociale aspect vooral om het ertoe doen en erbij horen van de bewoner in de samenleving.

Sanne is voor haar afstudeeronderzoek bij Leyden Academy beloond met een 9.

Gratis online workshops over woonplezier

Gratis online workshops over woonplezier

Bij het ouder worden kunnen de wensen en behoeftes met betrekking tot de woning en woonomgeving veranderen. In een samenleving die gericht is op zo lang mogelijk zelfstandig wonen, is het nodig om tijdig na te denken over de keuzes die dat met zich meebrengt en de mogelijkheden die er zijn om blijvend woonplezier te ervaren. Verhuizen of de woning aanpassen? Kleiner of groener wonen? In de eigen vertrouwde buurt blijven of juist liever dichter bij voorzieningen? Aanleiding voor Leyden Academy en ZorgSaamWonen om online workshops over woonplezier te ontwikkelen en gratis aan te bieden.

Woonwensen en thuisgevoel
Deze online workshops bestaat uit een reeks van vijf e-mails, waarin deelnemers aan de slag gaan met hun (toekomstige) woonwensen. Iedere editie biedt actuele informatie en praktische kijk- en doe-opdrachten over thuisgevoel en woongeluk, woonwensen en woonvormen, leefomgeving, innovaties en toekomstperspectief. De reeks start op woensdag 8 september en wordt op 11 oktober afgesloten met een vrijblijvende, online slotbijeenkomst, met inhoudelijke presentaties en interactie om ervaringen te delen en van elkaar te leren.

Positieve invloed van woonplezier op welbevinden
De meeste woningaanpassingen om generatie-proof te kunnen wonen, gaan in op de (veronderstelde) behoeften met betrekking tot toegankelijkheid, veiligheid en hulpmiddelen. Omdat deze standaardoplossingen vaak zijn bedacht vóór ouderen en niet dóór ouderen, deed Leyden Academy in 2018 onderzoek naar het concept woonplezier. Woonplezier heeft een positieve invloed op het welbevinden, het geeft energie en zelfvertrouwen en het draagt bij aan een goed humeur, geestelijke balans en fysieke gezondheid. Woonplezier heeft daarbij drie belangrijke kenmerken:

  • Persoonlijk – het betekent voor iedereen iets anders
  • Veranderlijk – het is onderhevig aan persoonlijke- en omgevingsveranderingen
  • Interactief – met een emotionele betrokkenheid en verbinding door visite en burencontact

Meer informatie en aanmelden
Bent u 50 jaar of ouder en heeft u interesse in het onderwerp woonwensen en woonplezier? Doe mee en schrijf u in. Een vooropleiding of voorkennis is niet nodig. We bieden eenzelfde reeks van vijf edities aan voor wijkprofessionals die te maken hebben met zaken rond (plezierig) wonen en wensen van langer thuiswonende ouderen. Bijvoorbeeld voor zorg-, welzijns-, thuiszorg-, sociale wijkteam- en beleidsmedewerkers, ouderen- en verhuisadviseurs, en verhuurmakelaars. De onderwerpen van de reeks voor professionals zijn vergelijkbaar, maar meer toegespitst op de praktijk.

Doet u mee? Klik hier voor het aanmeldformulier.

Neem in geval van vragen contact op met Jacqueline Leijs via e-mail of tel. (071) 524 0960.

Zomervisite: betekenisvol vakantiewerk in de ouderenzorg

Zomervisite: betekenisvol vakantiewerk in de ouderenzorg

Als er al behoefte was om jong en oud in contact te brengen door iets gezelligs met elkaar te ondernemen dan is nu wel het moment. Met Zomervisite willen het Jo Visser fonds en Leyden Academy on Vitality and Ageing voor wat lichtpuntjes zorgen. We nodigen dan ook graag 16- tot 25-jarigen uit om in juli en augustus samen met een bewoner van een zorgorganisatie iets gezelligs te ondernemen.

Een klein gebaar, een groot plezier
Zomervisite is in 2017 opgezet om jongeren op een laagdrempelige manier in contact te brengen met ouderen en hun woon- en leefwereld. Tijdens 1-op-1-contact ligt de focus op welzijn en niet op zorg. Met alleen al een wandelingetje maken, koffiedrinken, een ijsje eten, een spelletje spelen, of foto’s bekijken en kletsen wordt men al erg blij. Het positieve effect is op meerdere vlakken zichtbaar: de ervaring levert jongeren voldoening en een vergoeding, het geeft de ouderen persoonlijke aandacht en interactie met jongeren, en het ondersteunt de zorgprofessionals en geeft hoop dat meer jongeren de weg naar de ouderenzorg weten te vinden. Dat alle betrokkenen het initiatief enorm waarderen, blijkt uit de vele positieve reacties en mooie verhalen die we de afgelopen jaren hebben ontvangen. “Zomervisite was heel verrassend. Het was fantastisch om te zien hoe gelukkig ik de ouderen kon maken met iets simpels als een gebakje eten.” Klik hier voor meer ervaringen.

Meer ouderen maar minder zorgprofessionals
Over het algemeen hebben jongeren een vrij negatief beeld van ouderen. Ook als het gaat om werken in de ouderenzorg. En met het groeiende aantal ouderen is dat zorgwekkend. De sleutel ligt in ontmoetingen tussen jong en oud: in persoonlijk contact ontstaat waardering en worden beelden bijgesteld. Zomervisite draagt hieraan bij, zo blijkt ook uit de ervaring van Sietske: “Aan het begin van mijn studie riep ik dat ik nooit met ouderen zou willen werken. Mijn beeld is door Zomervisite echt totaal anders.” Wat de jongeren, naast een vakantiewerkvergoeding van 6,50 euro per uur, terugkrijgen is enthousiasme en waardering. Zo verdienen ze wat bij en leren ze tegelijkertijd meer over ouderen en hun leefomgeving. Een win-winsituatie!

Samenwerking met stichting JOW!
Dit jaar worden jongeren en ouderen gekoppeld middels een door stichting JOW! ontwikkelde app. Deze app verzorgt reeds dagelijks matches en wordt goed ontvangen. We willen met deze samenwerking nog meer waardevolle, en wie weet blijvende, contacten realiseren.

Deelnemende zorgorganisaties
Dit jaar hebben zorglocaties in Amstelveen, Leiden, Naaldwijk en Vlaardingen zich aangemeld. Natuurlijk kunnen andere geïnteresseerde zorgorganisaties zich ook aanmelden. Vol is echter vol.

Ga voor meer informatie of om aan te melden naar de website van Zomervisite of mail stichting JOW!.

Slotbijeenkomst Honours Class: teams presenteren hun innovaties

Slotbijeenkomst Honours Class: teams presenteren hun innovaties

Op donderdagavond 17 juni jl. vond de slotbijeenkomst plaats van de Honours Class Innovating Health and Well-being COVID-19 die Leyden Academy samen met Universiteit LeidenPLNT Leiden en het LUMC organiseerde. Tijdens dit event, dat zowel live in Leiden als online kon worden gevolgd, pitchten de studenten de oplossing voor hun maatschappelijke ‘challenge’. Dit deden zij in de vorm van zelfgemaakt video’s en een Q&A met Bastiaan de Roo (PLNT), Nanda Milbreta (Honours Academy) en namens Leyden Academy Sonja Wendel en Marie-Louise Kok als expert panelleden.

TikTok en videokaart
Ook dit jaar stonden de challenges van de teams in het teken van de coronacrisis. Twee teams gingen aan de slag met het vraagstuk dat was ingediend door NL Training, om passende informatie over het virus en vaccinatie bij mensen met laaggeletterdheid te krijgen. Team Purple bedacht een videokaart waarop de website Steffie in begrijpelijke taal uitleg geeft. Deze kaart kan via laagdrempelige plekken zoals de huisarts of een taalinstituut worden verspreid. Team Pink, dat zich specifiek op jongeren richtte, bedacht grappige TikTok-filmpjes waarin belangrijke informatie over vaccinatie aan bod kwam.

Delen van gezondheidsinformatie
Team Yellow werkte aan de uitdaging van Share to Care en ging op zoek naar geschikte manieren om mensen bekend te maken met het delen van hun persoonlijke gezondheidsinformatie ten behoeve van gezondheidsinnovaties. Andere innovaties die tijdens de slotbijeenkomst werden gepresenteerd, waren een app om informeel videocontact te kunnen houden met collega’s tijdens het thuiswerken (ICoffee), een lamp die van kleur verandert gelinkt aan je agenda om thuiswerkers te helpen een betere werk-privé balans te kunnen behouden (Brightlight), en een platform waarmee ouderen gemakkelijk activiteiten in de buurt kunnen vinden om fysiek en mentaal gezond te blijven tijdens de pandemie.

Dertig deelnemers
Aan deze tweede editie van de Honours Class, die op maandag 12 april 2021 van start is gegaan, namen dertig zeer gemotiveerde masterstudenten deel. Gedurende negen intensieve weken hebben zij geleerd over innovaties op het gebied van gezondheid en welbevinden en zijn ze aan de hand van design thinking-technieken aan de slag gegaan met maatschappelijke uitdagingen gerelateerd aan de coronacrisis.

Neem voor meer informatie contact op met Miriam Verhage.

Vraag het onze wetenschappers: over betekenisvol leven in het verpleeghuis

Vraag het onze wetenschappers: over betekenisvol leven in het verpleeghuis

In de videoserie Vraag het onze wetenschappers beantwoorden we ingezonden vragen over vitaal en betekenisvol ouder worden. In de zesde en laatste aflevering geeft onderzoeker en medisch antropoloog Sanne Schweers antwoord op de vraag die Geert Froyen ons stuurde: ‘Hoe geef je betekenis aan het leven als je in een verpleeghuis woont?’.

U kunt de video (4 minuten) bekijken op YouTube. Hieronder vindt u achtergrondinformatie en lees- en kijktips.

Leren kennen van de bewoner
Sanne vertelt in de video dat een betekenisvol leven voor iedereen anders is. Daarom is het belangrijk om de behoeften, verlangens, gewoonten en rituelen van de cliënt goed te leren kennen. In onze onderzoeken noemen we dat ook wel aandacht voor ‘leefplezier’ en hebben we het Leefplezierplan als werkwijze ontwikkeld: u leest er meer over in dit artikel in tijdschrift Geron (2020). Voor het beter leren kennen van de bewoner zijn verschillende methodieken beschikbaar. Kennisplein Zorg voor Beter biedt een handig overzicht met diverse instrumenten en tips.

Het belang van persoonlijke relaties
Voor bijna iedereen zijn persoonlijke relaties het allerbelangrijkste in het leven. Zeker in het verpleeghuis zijn warme relaties tussen bewoner, naasten en de zorgprofessionals onmisbaar. Dat stelt ons voor een uitdaging: hoe kan de zorg zich zoveel mogelijk inzetten voor betekenisvolle ontmoetingen? Voor antwoorden op deze vraag moeten we ons niet zozeer wenden tot de medische wetenschappen; we komen dan eerder uit bij de sociale wetenschappen, bij geestelijk verzorgers en bij filosofen. Hoogleraar Diversiteit en Integratie Halleh Ghorashi (VU Amsterdam) vertelt over het werk van filosoof Emmanuel Levinas als bron van inspiratie.

Het is daarbij belangrijk om je te realiseren hoe verstorend ziekte en aandoeningen kunnen zijn voor de relaties om je heen. Dit komt indringend tot uiting in dit artikel op De Correspondent (2017) waarin mensen met dementie hun ervaringen delen.

In de zorg voor iemand die in een verpleeghuis woont is het dus belangrijk om continu die relaties centraal te zetten. Maar een goede samenwerking tussen naasten, zorgverlener en bewoner is nog niet zo eenvoudig, weten we uit het promotieonderzoek van Antoinette Bolscher naar samenwerking vanuit moreel perspectief aan de Universiteit voor Humanistiek (2018).

Leefplezier in alledaagse dingen
Een betekenisvol leven hoeft niet altijd groots en meeslepend te zijn. Dat leefplezier soms in kleine, alledaagse dingen zit, maakt Sanne in de video duidelijk aan de hand van het voorbeeld van mevrouw Uijen die graag naar kleine beestjes (en pluisjes) kijkt. In onze videoreeks Liefdevolle zorg in de praktijk komen ook mooie voorbeelden langs, zoals bewoner Henk die stapelgek is op bloemen of een spontaan dansje in de huiskamer (zie foto, met dank aan zorgorganisatie Topaz).

Zorgen kan soms ook zingen zijn, zo blijkt uit dit artikel op de Correspondent (januari 2021).

Er zijn bij rouw en verdriet
Dat wat van betekenis is, hoeft niet alleen maar positief te zijn. Juist bij mensen aan het einde van hun leven, zijn er vaak gevoelens van rouw en verdriet. Longarts Sander de Hosson schrijft mooi over hoe hij met zijn team streeft naar de beste kwaliteit van leven en sterven voor de patiënt. Zijn columns zijn gebundeld in het boek Slotcouplet (2018) en u kunt ook zijn TEDx lezing bekijken uit 2017.

Er simpelweg met aandacht zijn voor iemand, is vaak al voldoende. Dit vormt de kern van de presentietheorie van theoloog en filosoof Andries Baart. Deze benadering draait om liefdevolle aandacht voor wat mensen eigenlijk vragen, voor wat echt belangrijk is voor hen. Het gaat hierbij om erkenning van hun waardigheid als mens, en om een menslievende benadering die onvoorwaardelijk is. Lees onder meer zijn artikel Presentie en palliatieve zorg in het tijdschrift Sociale Interventie (2007).

Een complimentje doet wonderen
Als afsluitende tip geeft Sanne het advies om te investeren in de relatie met mensen die u kent in het verpleeghuis, door een praatje te maken of een complimentje te geven. Dit is fijn voor de bewoner, maar ook voor u. Studies laten zien dat iets doen voor een ander, ook een positief effect heeft op het eigen geluksgevoel. Hoe dit werkt, werd in mei 2021 treffend verwoord door komiek Jochem Myjer in de Volkskrant: maak jezelf blij door anderen voorrang te geven.

U kunt de gehele serie van zes video’s hier terugvinden of als afspeellijst bekijken op ons YouTube-kanaal.

De Telegraaf: Wie wil nog naar een verpleeghuis?

De Telegraaf: Wie wil nog naar een verpleeghuis?

Hoe kijken ouderen naar een overstap naar het verpleeghuis? En is dit beeld veranderd door de coronacrisis? In dagblad De Telegraaf worden deze vragen vandaag verkend.

Margreet (81) uit Leiden en Cor (87) uit Den Haag wonen beiden nog zelfstandig en zien zo’n verhuizing absoluut niet zitten: “Ik ben heel erg gehecht aan mijn vrijheid”. Ervaringsdeskundige Wouter van Fessem (97) woont in woonzorgcentrum Roomburgh en zorgt voor een positief tegengeluid: “Ik had wel in mijn huis kunnen blijven, niet zo ver hier vandaan. Maar ik wilde toch liever hier naartoe, waar ik niet alleen ben.”

Hoogleraar Tineke Abma legt namens Leyden Academy uit dat de beeldvorming over wonen in het verpleeghuis al langer negatief is, mede door enkele incidenten die breed werden uitgemeten in de media. Maar er is in de sector al jarenlang een brede beweging gaande gericht op het leefplezier van bewoners en persoonsgerichte zorg: “Er is meer aandacht voor de bewoners en hun familie, voor persoonlijk contact, een praatje en leuke activiteiten zoals een muziekavond. De individuele wensen en verlangens van de bewoner en een betekenisvol einde van het leven staan nu voorop.”

Het Telegraaf-artikel ‘Wie wil nog naar een verpleeghuis?’ is geschreven door Arianne Mantel en Chris Ververs. U kunt het artikel lezen op de website van de Telegraaf of via deze link.

Cor deelde eerder zijn ervaringen in coronatijd op ons verhalenplatform Wij & corona. Wouter komt ook aan het woord in onze videoserie Vraag het onze wetenschappers. En wellicht herkent u Margreet als het ‘gezicht’ van Leyden Academy in 2021?

Eén van de initiatieven gericht op het verleggen van de aandacht van de medische behoeften van verpleeghuisbewoners naar hun wensen en verlangens, is ons onderzoek Leefplezierplan voor de zorg. U leest er hier meer over.

Gezocht: avontuurlijk echtpaar voor bijzondere logeerpartij

Gezocht: avontuurlijk echtpaar voor bijzondere logeerpartij

Onder de noemer ENCOUNTER organiseert kunstenaar en designer Joost van Wijmen sinds 2012 verrassende ontmoetingen. Zo ging hij met mensen in gesprek aan de hand van hun littekens, die vervolgens werden geborduurd (ENCOUNTER#6). Ook nodigde hij mensen uit om een tijdlijn te maken van hun leven, aan de hand van veranderingen in hun lichaam (ENCOUNTER#7). Vanuit de overtuiging dat kunst en design kunnen helpen om diepgaande relaties tot stand te brengen en leefplezier te ervaren, werkt Leyden Academy op verschillende manier samen met Joost aan de ENCOUNTER-deelprojecten.

Gezocht: avontuurlijk echtpaar
Voor het deelproject ENCOUNTER#10 is Joost op zoek naar een avontuurlijk 55-plus echtpaar dat het een interessante ervaring zou vinden om te logeren in hun eigen toekomst. Het koppel zal een dag en nacht logeren in het huis van een 85-plusser, om zo de woning en het leven van de ander te ervaren, een leven dat hen misschien zelf te wachten staat. Van het verblijf wordt een korte documentaire gemaakt die zal worden vertoond tijdens de Dutch Design Week, van 16-24 oktober 2021 in Eindhoven.

Waarom?
In 2029 zal bijna een kwart van onze bevolking 65 jaar of ouder zijn. Het echtpaar in ENCOUNTER#10 representeert de groep Nederlanders van wie de woonsituatie en leefwereld in de komende decennia mogelijk ingrijpend zullen veranderen. Zij maken kennis met hun eigen (en ons aller) mogelijke toekomst, op een kunstmatige en kortstondige manier: door 24 uur te verblijven in het huis van een ander die meer of minder afhankelijk is van anderen om zelfstandig te kunnen wonen. De deelnemers maken zo kennis met hun eigen toekomst en kunnen ons met hun onbevangen blik veel leren over dilemma’s en oplossingen die zorgverleners en beleidsmakers mogelijk over het hoofd zien. ENCOUNTER#10 wordt dan ook gepresenteerd als een vorm van ‘future design’, waarbij geen eenvoudige oplossingen worden geboden maar maatschappelijke vraagstukken rondom het ouder worden onderzocht.

Voor wie?
Gezocht wordt naar een tweetal (echtpaar?) vitale senioren die recent zijn gepensioneerd, die midden in het leven staan en nog niet zo bezig zijn met hun ‘oude dag’. Mensen die open staan voor een avontuur en niet verlegen zijn om voor de camera over hun ervaringen te vertellen.

Wanneer?
Het 24-uurs verblijf wordt uiterlijk in de tweede helft van augustus 2021 gepland. Het filmportret wordt vertoond tijdens de Dutch Design Week in oktober 2021.

Hoe?
Het echtpaar brengt 24 uur door in het huis van een veel ouder persoon. Het huis waarin wordt gelogeerd is als het ware ‘gestold in de tijd’. Terwijl het koppel zo de eigen mogelijke toekomst verkent, overnacht de oudere op een fijne plek naar keuze. Tijdens het verblijf onderzoeken de deelnemers de balans tussen afhankelijkheid en zelfbeschikking: wat vind ik wel of niet goed om uit te proberen en waarom? Gedurende het verblijf wordt het echtpaar enkele keren gevraagd naar hun ervaringen.

Wat?
Het verblijf resulteert in een reportage (documentaire of filmportret) van circa 15 minuten, die tijdens de Dutch Design Week wordt gedeeld met een breder publiek. De kern van dit project is het kennis nemen van andermans wereld en een blik in de eigen (mogelijke) toekomst. Dit moet op een speelse manier bijdragen aan een beter bewustzijn van de dilemma’s en van bestaande aannames en clichés.

Meer informatie en aanmelden
Lijkt het u interessant om hieraan mee te doen? Kent u mensen die dit een boeiend experiment zouden vinden? Of heeft u nog vragen? Neemt u dan geheel vrijblijvend contact op met Joost van Wijmen en misschien wordt u het koppel dat in zijn eigen toekomst gaat logeren?

Voorbij leeftijd: betekenisvol contact tussen jong en oud

Voorbij leeftijd: betekenisvol contact tussen jong en oud

Het juni-nummer van Gerōn, tijdschrift over ouder worden en samenleving, staat in het teken van ontmoetingen tussen generaties en de meerwaarde van contact en wederkerigheid tussen jong en oud. Leyden Academy is gevraagd om hierop te reflecteren en enkele intergenerationele projecten te belichten. Tineke Abma, Jolanda Lindenberg, Lieke de Kock, Lucia Thielman, Danielle Swart en Joost van Wijmen (stichting ENCOUNTER) schreven gezamenlijk het artikel Voorbij leeftijd: hoe betekenisvol contact beeldvorming kan beïnvloeden.

Aan de hand van de projecten Slowdates van Amphion Cultuurbedrijf, Zomervisite, een initiatief van het Jo Visser fonds en ENCOUNTER#8, ontworpen door Joost van Wijmen, wordt in het artikel verkend of en hoe intergenerationeel contact de beeldvorming over en weer in positieve zin kan beïnvloeden. De conclusie van de auteurs luidt dat het draait om de kwaliteit van het contact, voorbij de leeftijd. In een gelijkwaardige ontmoeting en bij een gedeelde fascinatie verandert de beeldvorming: deelnemers gaan elkaar zien als een individu, en niet enkel als een lid van een groep.

U kunt het artikel in tijdschrift Gerōn hier lezen.

Vraag het onze wetenschappers: hoe schadelijk zijn de dagelijkse borrels of biertjes?

Vraag het onze wetenschappers: hoe schadelijk zijn de dagelijkse borrels of biertjes?

In de videoserie Vraag het onze wetenschappers beantwoorden we ingezonden vragen over vitaal en betekenisvol ouder worden. In de vijfde aflevering geeft hoogleraar Vitaliteit David van Bodegom antwoord op de vraag die Evelien Mazeland ons stuurde: ‘Hoe schadelijk zijn de dagelijkse borrels of biertjes?’.

U kunt de video (4 minuten) bekijken op YouTube. Hieronder vindt u achtergrondinformatie en lees- en kijktips.

Alcohol is ongezond, ook één glas
David vertelt in de video dat onderzoek van de laatste jaren uitwijst dat alcohol ongezond is. Waar voorheen nog werd gedacht dat één glas per dag goed voor je zou zijn, is dit idee inmiddels achterhaald. Een groot internationaal onderzoek uit 2018 dat dit aantoont is te lezen in wetenschappelijk tijdschrift The Lancet. Het advies van de Gezondheidsraad is dan ook: drink geen alcohol, of in elk geval niet meer dan één glas per dag.

Een standaard glas is even schadelijk
Een glas wijn of een vaasje bier zijn even schadelijk als een borrelglas jenever, omdat de hoeveelheid alcohol in ieder standaard glas gelijk is. Zo is een wijnglas groter dan een jeneverglas, maar in wijn zit doorgaans 12 procent alcohol terwijl jenever wel 30 procent of meer kan bevatten. Meer informatie over de gezondheidseffecten van verschillende glazen alcohol is te vinden op de website van het Voedingscentrum.

Een banaan voor de receptie
Hoe houd je een gezonde leefstijl een leven lang vol? Samen met hoogleraar ouderengeneeskunde Rudi Westendorp (Universiteit van Kopenhagen) schreef David in 2019 het boek ‘Tien jaar cadeau’. Hierin zetten de auteurs een nieuwe aanpak uiteen die niet uitgaat van discipline en wilskracht, maar van verleiding via de omgeving. In het boek komen diverse omgevingen uit het dagelijks leven aan bod, zoals de keuken, woonkamer, slaapkamer, supermarkt, het werk en de wijk. Door je te omringen met gezonde verleidingen kun je betere keuzes onderdeel maken van je dagelijkse routine. Kleine, slimme aanpassingen – grote wijnglazen inwisselen voor kleine, de fietstassen inruilen voor een rugzak – hebben opgeteld een groot en duurzaam effect. Deze nieuwe aanpak gaat uit van 4 V’s: verleiden, vervangen, vermijden en voorbereiden. Het voorbeeld dat David in de video geeft –  eet een banaan en drink een flesje water voordat je naar een receptie gaat – valt uiteraard in de categorie ‘voorbereiden’. Lees meer over de methode met de 4 V’s in het eerste hoofdstuk.

Alcoholvrije alternatieven
Er zijn in de afgelopen jaren veel nieuwe soorten alcoholvrije dranken op de markt gekomen. Vooral alcoholvrij bier heeft een vlucht genomen: en er zijn heel veel verschillende soorten pils, witbier, IPA en bieren met een smaakje dat er voor iedereen wel een frisse alcoholvrije variant verkrijgbaar is. Alcoholische dranken zijn ongezond door de alcohol die erin zit, maar bevatten ook ook veel calorieën. Alcohol bevat per gram 7 kcal, dat is meer dan een gram suiker (4 kcal). Een alcoholvrije variant bevat daarom meestal minder calorieën, maar kijk vooral even op het etiket, want sommige alcoholvrije alternatieven bevatten bijna net zoveel suiker als frisdrank. Meer informatie over de calorieën in alcoholische en alcoholvrije dranken vindt u op de website van het Trimbos instituut.

Heeft u nog vragen of suggesties? Neem dan gerust contact op met David van Bodegom.

De vier eerder verschenen video’s in deze serie kunt u hier terugkijken. Wilt u de volgende (en laatste) aflevering graag direct na verschijning in uw mailbox ontvangen? Stuur dan een e-mail met onderwerp ‘Aanmelding videoserie’ naar Jacqueline Leijs. Uw abonnement stopt automatisch nadat de laatste aflevering is verschenen (22 juni 2021). U kunt zich ook abonneren op ons YouTube-kanaal.