Joris Slaets en Marieke Schuurmans: De gemiddelde patiënt bestaat niet

Op vrijdag 17 juli 2015 verscheen op Skipr, communicatieplatform voor beslissers in de zorg, een opinieartikel van de hand van prof. dr. Joris Slaets, directeur Leyden Academy, en prof. dr. Marieke Schuurmans, hoogleraar Verplegingswetenschap aan het UMC Utrecht. In het artikel pleiten de auteurs voor meer vrijheidsgraden voor wijkverpleegkundigen om te bepalen welke zorg mensen nodig hebben. Geen mens is immers hetzelfde. Toch blijkt het door de huidige registratiesystemen en wijze van financiering in de praktijk nog erg lastig om zorg op maat te leveren.

Het artikel op Skipr vindt u hier. De volledige tekst is hieronder weergegeven.

De gemiddelde patiënt bestaat niet

Met ingang van 2017 moet de nieuwe bekostiging van de wijkverpleging worden ingevoerd. Staatssecretaris Martin van Rijn (VWS) wil hierin de vraag van de patiënt centraal stellen en de bureaucratische rompslomp voor wijkverpleegkundigen tot een minimum beperken. Zij moeten ruim baan krijgen om te bepalen welke zorg mensen nodig hebben. Wij onderschrijven dit streven van harte, maar zien ook dat dit nog een denkomslag vraagt bij zorgverzekeraars en toezichthouders.

Geen mens is hetzelfde, maar daar trekken we ons in de zorg nog weinig van aan. Behandelrichtlijnen voor artsen maken geen onderscheid tussen jongvolwassenen en hoogbejaarden. Kwaliteitsonderzoeken produceren generieke rapportcijfers die niets zeggen over individuen. En wijkverpleegkundigen lopen bij alle cliënten plichtsgetrouw dezelfde checklists en assessments af, terwijl zeker op hogere leeftijd de verschillen tussen mensen levensgroot zijn. In gezondheid en vitaliteit, maar ook in wat mensen belangrijk vinden. Goede zorg gaat immers niet alleen om het beperken van narigheid, waar we traditioneel vooral op zijn gericht, maar ook om het helpen van mensen om te zijn wie ze willen zijn en doen wat zij willen doen. Feit is dat de gemiddelde patiënt niet bestaat: dit is een wiskundig construct waar je in de praktijk niets aan hebt. Wat voor de één passende zorg is, kan voor de ander overbodige of zelfs schadelijke zorg zijn. Met meer maatwerk valt er nog veel te winnen, ook uit oogpunt van kosten. Toch maken de huidige registratiesystemen en wijze van financiering het in de praktijk verrekte lastig om die zorg op maat te leveren.

Met een nieuw bekostigingsmodel alleen zijn we er niet. Het huidige systeem is niet gebaseerd op vertrouwen, maar op controle tot achter de komma. Meer vrijheidsgraden toestaan aan wijkverpleegkundigen vraagt van zorgverzekeraars, accountants en toezichthouders ook om een andere manier van sturen en controleren. Bij persoonsgerichte zorg gaat het over termen als leefplezier, diversiteit, creativiteit, om individuele vrijheid en verlangens. Begrippen die zich niet laten platslaan in protocollen. Het professionele oordeel van de wijkverpleegkundige is ook geen lineair, prettig voorspelbaar proces maar een continue afweging, rekening houdend met de individuele cliënt en zijn of haar mogelijkheden, beperkingen en sociale omgeving. Als je mensen keuzes geeft, kun je onmogelijk alle varianten in systemen vatten. Normenkaders en registratiesystemen moeten dan vooral dienend zijn.

Dat is natuurlijk spannend, want waar reken je dan op af? Op basis waarvan weet en meet je wat goed is? Hoe waarborg je betaalbaarheid? Registratie blijft belangrijk om de besteding van publieke middelen te verantwoorden en om te kunnen leren. Een nieuw toetsingskader voor verpleging en verzorging kan naar onze mening worden gebaseerd op de vastgelegde ervaringen van professionals: vertellen in plaats van tellen. Er lopen interessante pilots waarin bijvoorbeeld verhalen worden vastgelegd in dagboek-apps. Deze verhalen zijn relevanter voor de praktijk dan groepsgemiddelden en kunnen, in grote aantallen, ook modellen opleveren met bewijskracht op groepsniveau. Het huidige registratiesysteem lijkt houvast te bieden maar creëert vooral schijnzekerheden, tegen een onevenredig hoge bureaucratische last.

Hoog tijd om de ‘gemiddelde patiënt’ te ontslaan en met elkaar een nieuw model te ontwikkelen dat niet meer informatie vraagt dan nodig, dat recht doet aan de verschillen tussen mensen en dat onze wijkverpleegkundigen écht de ruimte geeft om hun prachtige vak uit te oefenen.

Save the date: 10-11 conferentie ‘Een nieuwe generatie ouderen(zorg)’

Naast alle transities maakt de ouderenzorg zich op voor een nieuwe generatie ouderen(zorg). Immers, het concept van gezondheid verandert. Maar ook de vele technologische ontwikkelingen en de rol die van de burger verwacht wordt, dragen hieraan bij. Hoe u hieraan invulling kunt geven, hoort u tijdens de conferentie Een nieuwe generatie ouderen(zorg) op dinsdag 10 november a.s. in NBC te Nieuwegein. Het event is een initiatief van Leyden Academy, iBMG (Erasmus Universiteit), Stichting Educatie Zorg & Welzijn, U CREATE, Vilans en V&VN. 

Wat kunt u verwachten op 10 november?

  • inspirerende plenaire sprekers
  • i-Plaza: ontdek en ervaar technologische ontwikkelingen en robotica in de praktijk
  • i-Tours langs aansprekende innovaties (pitches)
  • keuze uit 15 inspiratiesessies en 3 verdiepende Topklassen

Klik hier om het programma te downloaden.

Schrijf u nu alvast in, zodat u verzekerd bent van een plaats!

 

‘Vraag mensen in verpleeghuizen waaraan ze plezier beleven’

In het juni-nummer van Geron, Tijdschrift over ouder worden & samenleving, een uitgebreid interview met Joris Slaets, directeur Leyden Academy. Deze editie heeft als thema ‘Langer thuis’. Volgens Joris gaat ’thuis’ niet zozeer over de bakstenen waarin je woont, maar over de mensen om je heen, de gemeenschap die wordt gevormd. De belangrijkste factoren die het welbevinden van mensen bepalen zijn de gemeenschap en de fysieke omgeving waarin mensen, ook met beperkingen, prettig kunnen functioneren.

In het interview gaat Joris verder onder meer in op het zelforganiserend vermogen van gemeenschappen, dementievriendelijke wijken, leefplezier in verpleeghuizen en zijn persoonlijke drijfveren en ambities bij Leyden Academy.

Het volledige artikel kunt u hier lezen. Meer informatie over Geron vindt u hier.

Vitality walk: loopt u mee?

Leyden Academy on Vitality and Ageing en gemeente Leiden hebben een droom: van Leiden de meest vitale en sociale stad van Nederland maken, waar mensen langer in goede gezondheid leven. Daarvoor start het project GO! Leiden. Door te experimenteren met de omgeving willen we verleiden tot gezond gedrag. Een goede gelegenheid om weer een Vitality Walk te organiseren. Met burgemeester drs. Henri Lenferink voorop belooft het een bijzondere wandeling te worden.

We nodigen iedereen van harte uit om mee te wandelen: bestuurders, inwoners, relaties, senioren en studenten. 
De wandeling zal een klein uur duren en zal leiden door het mooie historische centrum van Leiden.

Graag begroeten we u op maandag 22 juni a.s. om 12.00 uur op het Stadhuisplein in Leiden! We komen hier rond 13.00 uur ook weer terug. Aanmelden is niet nodig.

Indien u tijdens de wandeling uw lunch wilt nuttigen dan kan dat natuurlijk (gelieve dit zelf te verzorgen).

Ouderen ervaren mishandeling door instituties

Als aan ouderen zelf wordt gevraagd wat zij onder ouderenmishandeling verstaan, geven zij opvallend vaak aan dat zij zich gekwetst en beschadigd voelen door de wijze waarop instituties in onze maatschappij functioneren en georganiseerd zijn. Dit blijkt uit onderzoek van Leyden Academy on Vitality and Ageing waarover is gepubliceerd in het British Medical Journal.

Op 15 juni jl. presenteerde het Sociaal en Cultureel Planbureau het rapport Ouderenmishandeling in Nederland, waaraan ook Leyden Academy een bijdrage leverde. De definitie die is gehanteerd, is primair gericht op individueel gedrag: er is sprake van fysieke of psychische mishandeling, verwaarlozing, seksueel misbruik of financiële uitbuiting door een bekende van wie de oudere afhankelijk is. Leyden Academy verrichtte kwalitatief onderzoek naar wat betrokkenen zelf onder ouderenmishandeling verstaan, waarbij enkele opvallende verschillen aan het licht komen. Experts en zorgverleners blijven dicht bij de gangbare definitie, terwijl ouderen relatief vaak aangeven zich ook gekwetst te voelen zonder dat er een individuele pleger kon worden geïdentificeerd. Zij noemen de instituties en systemen waarvan zij afhankelijk zijn als factor of zelfs oorzaak van mishandeling.

Bureaucratie en fragmentatie

Een belangrijke factor is het gebrek aan samenwerking en coördinatie tussen zorgorganisaties en instellingen, met fragmentatie tot gevolg. Ook specialisatie speelt een rol: met name ziekenhuizen zijn vaak ingericht op mensen met enkelvoudige kwalen, terwijl ouderen vaak kampen met meerdere chronische aandoeningen tegelijk. Ouderen ervaren excessieve bureaucratie en weten vaak niet wie verantwoordelijk is en tot wie ze zich kunnen richten. Onderzoekster dr. Jolanda Lindenberg: “Soms duurt mishandeling simpelweg voort omdat informatie en communicatie ontbraken of niemand er oog voor had.”

Systeem zelf in de kern mishandelend

Sommige geïnterviewden stellen zelfs dat de omgeving niet alleen de gelegenheid creëert voor ouderenmishandeling, maar dat het gehele systeem in feite mishandelend is. Door reorganisaties en bezuinigingen is de druk toegenomen om efficiënt te werken en zo min mogelijk tijd te besteden aan zorgtaken. Dit kan leiden tot een gebrek aan menselijke interactie, die door deelnemers aan het onderzoek wordt ervaren als een vorm van verwaarlozing.

Marginale maatschappelijke positie ouderen

Het ontstaan en voortduren van ouderenmishandeling hangt samen met de overwegend negatieve beeldvorming over ouderen in Nederland. Lindenberg: “Ouderen worden in onze samenleving vooral als een last gezien en blijken mede hierdoor terughoudend om mishandeling te melden. Ze schamen zich en hebben het gevoel dat zij falen omdat ze niet voldoen aan het ideaalbeeld van de zelfbewuste, onafhankelijke ‘Zwitserleven’-oudere.”

Betrek ouderen meer bij inrichting systemen

In de huidige transitie van de langdurige zorg ligt een kans om systemen anders te organiseren om het risico op ouderenmishandeling te verkleinen. Ouderen, ook slachtoffers van mishandeling, kunnen ook meer worden betrokken bij beleidsvorming en bij initiatieven om ouderenmishandeling te voorkomen. Lindenberg: “Ouderen weten bijvoorbeeld het beste hoe professionals het gesprek over mishandeling kunnen aangaan en welke interventies succesvol zouden kunnen zijn.”

Opzet onderzoek

Tussen februari 2012 en december 2013 hebben onderzoekers van Leyden Academy 87 diepte-interviews gehouden met slachtoffers, niet-mishandelde ouderen, experts en professionals en daarnaast acht groepsgesprekken gevoerd met experts, beleidsmakers, hulpverleners en leden van belangenorganisaties. Ook is een literatuurstudie gedaan naar definities en verklaringsmodellen van ouderenmishandeling.

Het artikel ‘Listening to the voices of abused older people: should we classify system abuse?’ van Yuliya Mysyuk, Rudi Westendorp, Simon Biggs en Jolanda Lindenberg is op 4 juni 2015 gepubliceerd in het in het wetenschappelijk tijdschrift British Medical Journal (BMJ):
http://www.bmj.com/content/350/bmj.h2697.full

 

In geval van vragen kunt u contact opnemen met Niels Bartels, manager communicatie, via tel. (071) 524 0960 of e-mail: bartels@leydenacademy.nl.

 

SCP-rapport ouderenmishandeling met bijdrage Leyden Academy

Het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) presenteert vandaag het rapport ‘Ouderenmishandeling in Nederland’ dat een actueel beeld schetst van de aard, omvang en oorzaken van ouderenmishandeling in Nederland. Het rapport is ontwikkeld in het kader van het actieplan ‘Ouderen in veilige handen’ dat is geïnitieerd door het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Het SCP heeft bij de totstandkoming van dit rapport diverse partijen betrokken die beschikken over actuele gegevens over ouderenmishandeling, waaronder Leyden Academy on Vitality and Ageing. Dr. Jolanda Lindenberg en drs. Yuliya Mysyuk van Leyden Academy verrichten in 2012-2013 kwalitatief onderzoek naar wat betrokkenen onder ouderenmishandeling verstaan en wat zij als oorzaken zien. Er zijn individuele diepte-interviews afgenomen met slachtoffers, niet-mishandelde ouderen, professionals en experts en ook zijn groepsgesprekken gevoerd met experts, beleidsmakers, hulpverleners en leden van belangenorganisaties. De bevindingen zijn opgenomen in hoofdstuk 2 van het SCP-rapport (Perspectieven van betrokkenen – een kwalitatieve studie) en in het intermezzo vanaf pagina 20.

Het gehele rapport, bijlagen en persbericht vindt u hier.

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met dr. Jolanda Lindenberg via e-mail lindenberg@leydenacademy.nl of tel. (071) 524 0960.

Studiereis: Deense ouderenzorg benadert Nederlands ideaalplaatje

Studiereis: Deense ouderenzorg benadert Nederlands ideaalplaatje

Oudere mensen zo lang mogelijk zelfstandig thuis laten wonen. Verblijf in het ziekenhuis voorkomen of tot een minimum beperken. Vooral kijken naar wat mensen nog wél kunnen en wat zij belangrijk vinden in het leven. Met een duidelijke regierol voor de gemeente. Deze uitgangspunten voor de huidige transitie in de Nederlandse ouderenzorg zijn in Denemarken reeds gemeengoed, zo bleek tijdens de studiereis die de deelnemers aan de executive leergang Veroudering en Gezondheidszorg in juni 2015 maakten.

Trots op je vak

Uit de tientallen presentaties, rondleidingen en site visits die de deelnemers aan de studiereis bijwoonden in de regio’s Zuid-Denemarken en Midden-Jutland, zijn enkele duidelijke patronen te destilleren. Allereerst sprong de trots en bevlogenheid in het oog waarmee de Deense sprekers – op een enkele uitzondering na allemaal vrouwen – vertelden over hun vak en manier van werken. Werken met ‘hart, hoofd en wilskracht’ is het motto van de ziekenhuizen in Midtjylland en dit mantra lijkt tot in alle Deense zorg- en welzijnsinstellingen doorgedrongen, zowel op leidinggevend als uitvoerend niveau.

Wat kunt u nog zelf?

Mensen niet alles uit handen nemen, maar stimuleren om zelf actief te blijven: die mindset wordt in Denemarken breed gedeeld. Zo bezocht de groep een revalidatie- en verpleeginstelling waar ouderen 24/7 werken aan hun herstel: de revalidatie is niet “straks om 11.00 uur bij de fysio” maar begint al bij het uit bed komen en naar het toilet gaan. Een persoonlijk doel – terug naar huis om voor je kat te zorgen, weer een biertje kunnen drinken in je stamkroeg – wordt teruggebracht naar kleine stapjes die de betrokkene motiveren. Ook de dagopvang voor thuiswonende mensen met dementie die in Odense werd bezocht, is sterk gericht op fysieke beweging – samen wandelen, gymnastiek – en het activeren van alle zintuigen: bloemen ruiken in de tuin, koken, handmassages.

Inzet op zorginnovatie
In Denemarken wordt het ziekenhuis gezien als een ongezonde omgeving voor ouderen en alles is er dan ook op gericht om de patiënt zo snel mogelijk te ontslaan zodat deze thuis of in een revalidatiecentrum verder kan herstellen. De gemiddelde ligtijd van 3,6 dagen in Odense University Hospital wordt volgens medisch directeur Peder Jest de komende jaren nog verder teruggebracht. Dit betekent wel extra druk op de thuiszorg en een groeiende behoefte aan innovatieve zorgoplossingen. De deelnemers aan de studiereis bezochten in dit kader onder meer Welfare Tech, een cluster van Deense high tech ondernemingen, gemeenten, ziekenhuizen en universiteiten die samen werken aan vernieuwende oplossingen op het gebied van onder meer telemedicine en robotica. Innovaties worden getest in laboratoria waarin zorgomgevingen tot in detail zijn nagebootst. Denemarken investeert hier stevig in, om de eigen gezondheidszorg verder te verbeteren maar ook met het oogmerk om deze kennis en producten op termijn te exporteren.

Alles onder één dak bij de gemeente

In Denemarken is vrijwel de gehele zorgketen ondergebracht bij de gemeente: preventie, thuiszorg, verpleegzorg, revalidatie. Alleen de ziekenhuizen vallen onder de verantwoordelijkheid van de regio’s (provincies) en ook huisartsen worden als private ondernemingen door de regio’s gefinancierd. In de gemeente Viborg maakten de deelnemers aan de executive leergang een rondgang langs een breed scala aan zorginstellingen waarbij de indruk ontstond dat het samenbrengen van zorgfuncties onder één dak bij de gemeente zorgt voor meer efficiëntie en korte lijnen tussen de verschillende schakels, die immers allen collega’s zijn en dezelfde systemen gebruiken.

Weerstand overwonnen

De studiereis gaf een breed en boeiend beeld van een zorgstelstel dat op veel vlakken het ideaalplaatje benadert dat men in Nederland voor ogen heeft. Ook in Denemarken heeft men de afgelopen jaren weerstand moeten overwinnen en hebben ouderen, hun familieleden en zorgprofessionals bijvoorbeeld moeten wennen aan een andere manier van werken: minder uit handen nemen en meer aan de mensen zelf toevertrouwen. Zoals een verpleegkundige in Fredericia zei: “Rehabilitation is more respectful than taking over.” Het is mooi te zien hoe de nieuwe werkwijze inmiddels breed geïnternaliseerd lijkt en in alle bezoeken en presentaties weerklonk.

In januari 2018 gaat weer een nieuwe editie van start van de executive leergang Veroudering en Gezondheidszorg. Meer informatie over het programma en inschrijving vindt u hier.

Prof. Jenny Gierveld: “Zorg goed voor uw sociale konvooi”

Prof. Jenny Gierveld: “Zorg goed voor uw sociale konvooi”

Met meer dan vijftig jaar onderzoekservaring kan Jenny Gierveld (76), emeritus hoogleraar Sociologie en Sociale Gerontologie, gerust een autoriteit worden genoemd op het gebied van eenzaamheid. In 1969 promoveerde zij aan de VU Amsterdam en zij is tot op de dag van vandaag betrokken bij internationaal onderzoek naar eenzaamheid en relatievormen bij ouderen. Op 19 mei jl. verzorgde professor Gierveld de Masters of Ageing-lezing bij Leyden Academy, waarin zij vooral inging op sociale verbanden op latere leeftijd en de verschillen tussen landen.

Grootouders zorgen voor de kinderen

In de jaren tachtig ontwikkelde professor Gierveld een meetschaal voor eenzaamheid aan de hand van zes stellingen, waarin deze term overigens bewust wordt vermeden: “Als het woord eenzaamheid valt, beginnen mensen meestal over iemand anders.” Met die schaal kan bijvoorbeeld de mate van eenzaamheid tussen landen worden vergeleken. Zo blijken oudere mensen in Oost- en Zuid-Europa veel eenzamer te zijn dan ouderen in West-Europa. En dat terwijl grootouders in landen als Rusland en Georgië veel vaker bij de familie inwonen, waarbij de aanname doorgaans is dat er goed voor opa en oma wordt gezorgd. Het tegendeel blijkt het geval. Een verrassende uitkomst, dus ging professor Gierveld zelf in Georgië kijken, waar ze zag dat de grootouders voor de kleinkinderen zorgen en het huishouden runnen, vaak in moeilijke omstandigheden. Bij het tegengaan van eenzaamheid spelen naast individuele dus ook maatschappelijke factoren.

Eenzaamheid is dodelijker dan roken

Dat eenzaamheid een ernstig maatschappelijk probleem is dat zelfs de volksgezondheid schaadt, blijkt uit onderzoek van Julianne Holt-Lunstad et al. uit 2010, tevens bevestigd in 2015. In dit onderzoek is aangetoond dat eenzaamheid en een gebrek aan een sociaal vangnet grotere risicofactoren zijn dan de schade van 15 sigaretten per dag. Aan de hand van veranderende familiebanden schetste professor Gierveld dat deze de ontwikkeling van eenzaamheid in Nederland verder in de kaart spelen: we krijgen minder kinderen, die wonen vaak verder weg en de frequentie van persoonlijke contacten neemt af. Als treffende illustratie noemde zij de recente commercial van KPN waarin twee peuters skypen met opa Henk, aan de andere kant van de oceaan.

Breid uw konvooi verder uit

Professor Gierveld sloot af met een sombere boodschap en een praktisch advies. De sombere boodschap: na vijftig jaar in het veld moet zij concluderen dat de meeste organisaties te optimistisch zijn over het effect van interventies. Ondanks alle goedbedoelde initiatieven vanuit kerken en vrijwilligersorganisaties blijkt het buitengewoon moeilijk om zeer eenzame mensen te bereiken en uit hun isolement te helpen. Professor Gierveld gelooft dan ook vooral in preventie en adviseerde haar toehoorders om te investeren in hun ‘konvooi’, een mooie metafoor voor het sociale netwerk als een groep schepen die samen door het leven varen. Wees zuinig op uw familie, vrienden en buren. Verhuis niet zomaar en doe uw best om ruzies op te lossen, want het is zeker op hogere leeftijd heel moeilijk om nog nieuwe schepen aan je sociale konvooi toe te voegen.

Wilt u op de hoogte worden gehouden van de lezingen die Leyden Academy organiseert? Laat het ons weten via e-mail ageing@leydenacademy.nl of tel. (071) 524 0960.

 

Opnames Chinese televisie bij Leyden Academy

Op woensdag 6 mei is Leyden Academy on Vitality and Ageing bezocht door een afvaardiging van televisiezender Shanghai TV. De Chinezen werken aan een documentaire over vergrijzing en de inrichting en financiering  van de ouderenzorg en bezoeken in dit kader Nederland, Denemarken, Duitsland, Japan en de Verenigde Staten. In Nederland spraken zij onder meer met staatssecretaris Martin van Rijn, de IGZ, zorgorganisatie Laurens en er is een aantal verpleeghuizen bezocht.

Vier interviews in Leiden

Bij Leyden Academy sprak Shanghai TV met verouderingswetenschapper David van Bodegom en directieleden Marieke van der Waal en Joris Slaets. David vertelde over de demografische ontwikkelingen in Nederland, de beeldvorming ten aanzien van ouderen en de wijze waarop zorgverleners in hun opleiding op oudere patiënten worden voorbereid. In dit kader kwam ook Sarah Liu aan het woord, één van de Chinese studenten die dit collegejaar bij Leyden Academy de master Vitality & Ageing volgen. Zij kon uit de eerste hand vertellen over de verschillen tussen haar moederland en Nederland. Marieke van der Waal heeft de Chinese delegatie de inrichting en bekostiging van de Nederlandse (ouderen)zorg uitgelegd en Joris Slaets ging ten slotte in op de verschuiving van een focus op ziekte en behandeling naar meer persoonsgerichte zorg, waarbij kwaliteit van leven vooropstaat.

Honderden miljoenen kijkers
De opnames worden verwerkt in een documentaire die in oktober 2015 wordt uitgezonden op Shanghai TV, dat circa 100 miljoen kijkers trekt binnen en buiten China. De vijf separate items van tien minuten (thematisch ingedeeld, over onder meer educatie en financiering) zullen daarnaast worden uitgezonden op Dragon TV dat maar liefst rond de 200 miljoen kijkers trekt. Wij hopen dat de sterke punten en de geleerde lessen uit de Nederlandse context zo een breed publiek bereiken en een positieve impuls geven aan de ouderenzorg in China.