Programma vitaliteit dicht gat tussen wetenschap en maatschappij

De universiteiten en medische centra van Leiden, Delft en Rotterdam bundelen hun krachten in het programma VITALITEIT. Dit nieuwe programma heeft als doel de veerkracht, productiviteit en kwaliteit van leven van ouderen te verbeteren. In samenspraak met de ouderen zelf, lokale overheden en bedrijven worden het komend jaar kansrijke scenario’s ontwikkeld waarmee de toenemende levensverwachting in Nederland op positieve wijze kan worden uitgenut.

‘Nog te vaak wordt de gestegen levensverwachting geassocieerd met kosten, ongemak en verlies van kwaliteit van leven. Kern van het programma VITALITEIT is om in kansen te denken, voor de ouderen zelf én de Nederlandse samenleving,’ aldus projectleider prof. dr. Rudi Westendorp, directeur van Leyden Academy on Vitality and Ageing. ‘Nieuwe ontwikkelingen in de medische, technische en maatschappelijke wetenschappen kunnen in belangrijke mate bijdragen aan deze brede benadering. Het medisch-biologisch onderzoek ontrafelt waarom sommigen van ons op hoge leeftijd gezond blijven, terwijl technische hoogstandjes de door veroudering aangetaste functies verbeteren of vervangen. Maatschappelijk onderzoek geeft inzicht welke veranderingen in onze levensstijl tot een voldoende veerkracht op hoge leeftijd kan leiden.’ Volgens Westendorp moeten ouderen kunnen profiteren van de nieuwste ontwikkelingen om hun kwaliteit van leven hoog te houden. ‘Zij zullen daardoor langer kunnen deelnemen aan het arbeidsproces en het maatschappelijk leven, en minder zorg nodig hebben. Zo snijdt het mes aan twee kanten. Uniek aan onze werkwijze is dat we gebruik gaan maken van scenario’s waarbij vitaliteit het leidend principe is. Nog niet eerder zijn op dit gebied scenario’s ontwikkeld in samenspraak met ouderen zelf, lokale overheden en bedrijven.’ Kennis- en opleidingsinstituut Leyden Academy on Vitality and Ageing heeft een leidende rol bij het invulling geven aan het begrip vitaliteit; hoe ga je op een positieve wijze met veroudering om? Door het ontwikkelen van scenario’s worden onderzoek en innovaties afgestemd op de wensen en noden van de ouderen én de samenleving. Het traject zal een jaar in beslag nemen en een antwoord geven op de vraag hoe om te gaan met de gestegen levensverwachting in Nederland. De universiteiten en medische centra van Leiden, Delft en Rotterdam hebben een lange traditie van onderzoek naar de oorzaken van het verouderingsproces, maar ook de oorsprong van gezondheid en langlevendheid. Op nationaal- en internationaal niveau zijn zij trekkers van grootschalige wetenschappelijke initiatieven om succesvol en vitaal oud te worden. Zij hebben hun krachten gebundeld onder de naam Medical Delta. Het programma VITALITEIT vormt daar een onderdeel van.

Medical Delta wil bijdragen aan de groei van de economie en aan oplossingen voor de zorg door meer kennis over life science en medische technologie te verkrijgen, over te dragen en toe te passen. Medical Delta bestrijkt de hele provincie Zuid-Holland, maar kent drie innovatie campussen rondom de kennisinstituten/science parks en incubators van Delft, Leiden en Rotterdam. In de Medical Delta werken 18.000 mensen in 300 bedrijven met 4.500 onderzoekers, 35.000 studenten en 1 van de hoogste concentraties zorgverleners van Europa aan zorginnovatie.

Liever kinderen dan ouderen verzorgen

Op maandag 13 februari verscheen er een opiniestuk in de NRC van Leyden Academy directeur prof. dr. Rudi Westendorp  over het onderwijs in de ouderengeneeskunde op universiteiten en verpleegkundige opleidingen. Uit onderzoek van de Leyden Academy on Vitality and Ageing blijkt dat dat ver onder de maat is. Onderstaand het artikel:
 

Onderwijs aan jonge professionals in de zorg gebrekkig

Onderwijs in de ouderengeneeskunde op universiteit en verpleegkundige opleidingen (HBO en MBO)  is ver beneden de maat. De interesse en kennis van studenten is gering. Een beter wettelijk kader, aansprekend onderwijs en koesteren van rolmodellen kan het tij keren.

Sinds 1998 geef ik college aan 4e jaars studenten geneeskunde over gezondheid en ziekte van oude mensen. En ieder jaar vraag ik de 250 artsen in spe hoeveel van hen beroepshalve met ouderen zouden willen werken. Het is een terugkerende confrontatie voor beide partijen. Slechts een handvol steekt haar vinger op (70 tot 80% van de studenten is vrouw). Alle overige studenten uit het gehoor geef ik het advies om een ‘job change’ te overwegen. Gerommel in de zaal. Ik leg dan uit dat de moderne student geneeskunde zich onvoldoende lijkt te realiseren dat de wachtkamers en ziekenhuisbedden hoofdzakelijk gevuld zijn met oudere patiënten.

Bij de toekomstige verpleegkundigen is de situatie nauwelijks anders. Onlangs heeft mijn collega Prof. Marieke Schuurmans (hoogleraar verpleegkunde)een onderzoek verricht onder verpleegkundigen in opleiding. Grofweg de helft wil zeker niet met oudere patiënten werken, slechts een op de acht spreekt een voorkeur uit voor de zorg aan mensen op leeftijd. Geen geruststellend vooruitzicht met de vergrijzing die  de komende jaren in Nederland haar top bereikt. Het is dan ook een illusie dat de 12.000 extra handen aan het bed door de huidige generatie opgeleiden zal worden ingevuld.

De cruciale vraag is of het verwachtingspatroon van studenten geneeskunde en verpleegkunde in de toekomst realistischer kan worden. Lange tijd heb ik gedacht dat zoiets onmogelijk is. Immers, mensen zijn evolutionair geselecteerd om zich voort te planten, kinderen te krijgen en hen tot volwassenheid te brengen. Een zorgtaak voor oude mensen is in dit evolutionaire programma niet opgenomen. Daarom willen jonge dokters graag kinderarts worden – ik destijds ook – en willen verpleegkundigen op de ‘kraam’ werken. De uitzonderingen – die er gelukkig ook zijn – lijken de regel alleen maar te bevestigen. Zorgen voor ouderen, is een kwestie van cultuur en aangeleerd, omdat het geen biologische vanzelfsprekendheid is. Niet voor niets staat in alle grote boeken een oproep ‘eer uw vader en uw moeder’. Een sociologische reparatie van een natuurlijk defect. Een maatschappij structurerend principe om een verzorgingsstaat op te kunnen bouwen. In deze vaststelling kunnen dan ook de handvatten gevonden worden om de inhoud van het medisch en verpleegkundig onderwijs in gunstige zin om te vormen.

Er is een spagaat tussen de dagelijkse praktijk en de wijze waarop nieuwe professionals worden opgeleid. In het onderwijs aan universiteit en beroepsopleidingen ligt de nadruk op enkelvoudige ziekte bij patiënten van jonge en middelbare leeftijd. Gemiddeld 2% van het onderwijs op de universiteit wordt besteed aan ouderengeneeskunde. Vaak is de kennis van de laatstejaars studenten verpleegkunde vergelijkbaar met die van de gemiddelde Nederlander. Het onderwijsaanbod reflecteert de capaciteiten en interesse van de docenten die het onderwijs verzorgen. Een dergelijk medisch wereldbeeld is een persiflage van de werkelijkheid waarbij nu al de helft van het totale budget in de gezondheidszorg opgaat aan mensen van 65 en ouder.

Volstrekt onvoldoende komt de complexiteit van de geneeskunde bij ouderen in de lesstof naar voren. De eerste reden is dat in het ‘raamplan’ voor de studie geneeskunde – de wettelijk opgelegde inhoud van het onderwijs – de complexe ouderenzorg niet of nauwelijks voorkomt. De inhoud is het resultaat van compromissen waarbij ‘complex en oud’ het gauw aflegt tegen ‘eenduidig en jong’. Dat moet dus anders. Op de hogescholen ontbreekt het nog aan een raamplan. Daardoor is de complexe geneeskunde en verpleegkunde bij ouderen niet geborgd. Het geschipper bij het tot stand komen van het raamplan legt de vinger op de zere plek. Waar zijn de pleitbezorgers die op de diverse burelen de zaak op tafel leggen? Waar zijn de docenten die op professionele en empathische wijze het onderwijs vorm geven? Onderwijsmedewerkers zijn net als iedereen onderdeel van een maatschappij waar  jong ‘in’ is en oud ‘out’. En dat is de tweede reden waarom het onderwijs over ouderen zo achter loopt.

Ik weet niet of ik specifiek van oude mensen hou. Wel vind ik een gemiddelde oudere ontegenzeggelijk veel interessanter dan een gemiddelde jongere. Met wie kun je tegelijkertijd de toekomst schetsen én het verleden reflecteren? Ook hebben we in de medische wetenschappen een enorme vooruitgang geboekt in onze kennis over de biologie van veroudering. En we begrijpen de existentiële vragen steeds beter. Waarom worden wij grijs, kaal en ziek terwijl zeeanemonen er na 150 jaar nog fris en fruitig uitzien? Waarom moeten mensen zich de veroudering laten welgevallen? Is het vermijdbaar? Nog niet, maar het verouderingsproces is nu al af te remmen, zodat we langer gezond blijven. Het zijn deze vragen die jonge mensen uitermate intrigeren. En het is deze positieve kijk op onze levensloop die de interesse wekt bij jonge professionals in de zorg. Eenmaal voor het vak gevangen komt de compassie met de jaren vanzelf naar boven. Op deze wijze heb ik een kleine schare jonge dokters voor de veroudering gewonnen. Ook collega Schuurmans heeft een groot aantal ambitieuze verpleegkundigen in haar slipstream.

Een goed wettelijk kader, een aantrekkelijk onderwijsaanbod, en het hartgrondig steunen van rolmodellen. Moeilijker hoeft het niet te zijn.

 
Rudi Westendorp (52) is hoogleraar ouderengeneeskunde en directeur van de Leyden Academy on Vitality and Ageing.
 

 

Wetenschappelijk medewerker David van Bodegom debuteert met roman Nood breekt wet

Een jonge tropenarts zet na negen jaar studie voor het eerst voet in een vergeten hoek van Afrika. Zijn avontuur begint met een kleine leugen. Om gratis een rolstoel mee te kunnen nemen voor het missieziekenhuis, meldt hij zich als gehandicapte aan bij de vliegmaatschappij. Dat is slechts het begin.
Op tragikomische wijze laat David van Bodegom zien hoe mensen in extreme omstandigheden veranderen. Door de ogen van de jonge arts bezien ontmoeten we een tandarts die tussen de patiënten door zelf aan het lachgas lurkt, een pater die de hele dag video’s kijkt en een handelaar die zich naar lokaal gebruik twee vrouwen aanmeet.
Maar ook in de tropenarts dringt Afrika steeds dieper door. In hoeverre blijven zijn geloof en idealen in stand als het leven blijkt te bestaan uit een aaneenschakeling van noodgevallen?
 
Nood breekt wet is een indringende schets van het reilen en zeilen in een Afrikaans missieziekenhuis. Het is een overrompelend verhaal over de houdbaarheid van idealen onder veranderende omstandigheden, geschreven door iemand die zelf als idealist naar Afrika ging en terugkwam als literair auteur.

Nood breekt wet is een boek voor mensen die durven dromen. Soms tegen beter weten in.

David van Bodegom is arts en historicus. Hij is columnist voor onder meer het Leids universitair weekblad Mare. Zijn korte verhalen werden verschillende keren genomineerd en in 2009 won hij de eerste prijs in de schrijfwedstrijd In Tekst van nrc.next. Hij woonde en werkte jarenlang als arts-onderzoeker in Ghana. Bij de Leyden Academy is hij als wetenschappelijk medewerker verantwoordelijk voor de internationale master Vitality & Ageing en begeleidt hij Frouke Engelaer en Herbert Rolden bij hun promotieonderzoek.

Lees de eerste twintig pagina’s van Nood breekt wet op zijn website www.davidvanbodegom.nl

 
 

 

Artikel studenten Master gepubliceerd

Studenten Steffy Jansen en Benham Sabayan hebben een van hun eindopdracht voor de Masteropleiding Vitality and Ageing zeer succesvol afgerond: hun artikel dat de basis vond in de opdracht ‘systematic review’ voor de Master is geplaatst in Ageing Research Review (IF 9) op www.sciencedirect.com. De opdracht was het schrijven van een ‘systematic review article’ volgens de ‘IMRAD-style’ om het begrips- en kennisniveau van de studenten van gerontologie en geriatrie te toetsen. Klik hier voor de publicatie.

Leyden Academy introduceert Vitality Walk

Nieuw jaar, nieuwe voornemens. Op dinsdag 10 januari 2012 gaat de eerste Leyden Academy Vitality Walk van start. Loopt allen met ons mee! In het kader van bewegen is gezond, voor jong en oud, voegt Leyden Academy voortaan daad bij woord. Elke eerste dinsdag van de maand lopen de medewerkers met iedereen die zich daar graag bij aansluit een mooie Leidse route tijdens de lunch. Ons gezicht Willem (83) loopt voorop. Elke deelnemer krijgt een Leyden Academy-tas met daarin een gezonde lunch die goed tijdens het wandelen genuttigd kan worden. Om 12.00 uur verzamelen we in het Poortgebouw, ingang Zuid, kamer 0.13. U kunt zich van tevoren opgeven via email: vitalitywalk@leydenacademy.nl. Wilt u op de hoogte gehouden worden van ons programma; stuurt u ons dan een mail, dan ontvangt u automatisch de aankondigingen voor volgende Vitality Walks. U kunt de data alvast noteren: 7 februari, 6 maart, 3 april, 1 mei, 5 juni, 3 juli, 7 augustus, 4 september, 2 oktober, 6 november en 4 december.

Zes miljoen voor schildklieronderzoek ouderen

Prof. dr. Rudi Westendorp van de Leyden Academy on Vitality and Ageing is samen met medisch experts vanuit de universiteiten van Leiden, Glasgow, Cork en Bern een onderzoeksproject gestart onder ouderen met een schildklierafwijking. Het onderzoek heet voluit Thyroid Hormone Replacement for Subclinical Hypo-Thyroidism Trial (TRUST) en heeft een subsidie van zes miljoen euro ontvangen van het EU FP7-programma.

TRUST-onderzoekers volgen over een periode van vijf jaar 3.000 ouderen om beter inzicht te krijgen hoe mensen met subklinische hypothyreodie (traagwerkende schildklier) te behandelen. De helft van de populatie krijgt een hormoonvervangend medicijn toegediend, de andere helft een placebo. Beide groepen worden gemonitord om te evalueren hoe zij reageren op de behandelingen.

De schildklier bevindt zich in de nek en bepaalt hoe snel het lichaam energie, proteïne en eiwit gebruikt en hoe gevoelig het is voor verschillende hormonen. Ongeveer één op de zes mensen ouder dan 65 jaar heeft een traag werkende schildklier, ook wel subklinische hypothyreodie genoemd, wat verscheidene gezondheidsproblemen zoals hart- en vaatziekten op latere leeftijd met zich mee kan brengen.

In het TRUST-project werkt prof. dr. Rudi Westendorp samen met wetenschappers van het LUMC en experts in veroudering, schildklierproblemen en hart- en vaatziekten binnen Europa, waaronder onderzoekers van University of Cork, Ierland, Glasgow University, Schotland en de Universität Bern, Zwitserland.

Leyden Academy gasthoofdredacteur van Zorgmarkt

Onze directeuren Rudi Westendorp en Marieke van der Waal hebben als gastredacteur de inhoud van Zorgmarkt magazine medebepaald en zijn zelf ook in de pen geklommen. Het thema van dit oktobernummer is ouderenzorg. Als kenniscentrum neemt Leyden Academy on Vitality and Ageing graag de rol op zich van verspreider van alles wat er te weten valt op het gebied van veroudering. Klik hier voor de PDF van het magazine.

Leyden Academy presenteert haar nieuwe gezicht!

11-11-11 bestaat Leyden Academy on Vitality and Ageing drie jaar. Zoals elk jaar vieren we dat onder andere met een nieuw gezicht. We nemen dus afscheid van Aafje, de dame die het afgelopen jaar als boegbeeld van de Leyden Academy heeft gefungeerd en verwelkomen Willem Antheunissen. Willem is geboren in februari 1930. Hij woont met zijn vrouw in Leiderdorp. Willem is een gedistingeerde, warme en humoristische man met veel interesses zoals tuinieren en reizen. Zijn skivakanties behoren sinds vier jaar tot het verleden, maar hij blijft in vorm door regelmatig de sportschool te bezoeken. Ook houden zijn vier kleinkinderen hem jong. Willem straalt vitaliteit uit en past dus perfect bij Leyden Academy on Vitality and Agening.

Medisch en verpleegkundig onderwijs vergeet oudere patient

Op vrijdag 11 november wordt een tweetal onderzoeksrapporten gepresenteerd die de stand van zaken in het medisch en verpleegkundig onderwijs (MBO, HBO, WO) over goede zorg voor ouderen beschrijven. De oudere patiënt bevolkt immers grotendeels de wachtkamers en bedden. Echter, uit beide onderzoeken blijkt dat de huidige studenten zich dat onvoldoende realiseren, te weinig kennis over de oudere patiënt krijgen aangereikt, amper affiniteit met oudere patiënten hebben en er in veel gevallen net zo weinig vanaf weten als u en ik.

 
Vanuit de Leyden Academy, een kennis- en opleidingsinstituut op het gebied van veroudering en vitaliteit, is onder leiding van prof. dr. Rudi Westendorp, een inventarisatie binnen de Universitair Medische Centra naar studentenonderwijs uitgevoerd. Prof. dr. Marieke Schuurmans (hoogleraar verpleegkunde) heeft in opdracht van ZonMw (Nederlandse organisatie voor zorgonderzoek en innovatie) een survey gehouden onder de Nederlandse verpleegkundigenopleidingen met de vraag wat studenten over ouderen leren. Hannie van Leeuwen (85!) lid van het Nationaal Programma Ouderenzorg van ZonMw krijgt de rapporten overhandigd. De rapporten zijn verspreid onder betrokkenen in het onderwijsveld en politiek.
 
Enkele feiten
Een student geneeskunde moet in totaal 360 studiepunten behalen. Hoogscorende universiteiten besteden slechts 12 verplichte studiepunten specifiek aan ouderengeneeskunde. Gemiddeld is het 2% van het totale curriculum. 15% van de studiepunten kan besteed worden aan keuzevakken op gebied van ouderengeneeskunde. Een kleine minderheid van de studenten maakt hier daadwerkelijk gebruik van. De jaarlijkse voortgangstoetsen die studenten moeten afleggen bestaan elk uit 200 vragen. 2% van de vragen gaat over ouderengeneeskunde. Overigens zijn er grote verschillen tussen de universiteiten.  
 
Vaak is de kennis van de laatstejaars verpleegkundige studenten vergelijkbaar met die van de gemiddelde Nederlander. 45% van de verpleegkundige studenten wil niet werken met ouderen. 15% kiest er bewust wel voor. De overige studenten is het om het even. Het kennisniveau van de studenten is laag en het is onduidelijk wat ze precies leren. De beeldvorming over oudere patiënten is niet gunstig en er is weinig interesse voor. Er zijn te weinig rolmodellen in de opleidingen en de praktijk. Veelal is de stof niet specifiek genoeg en het studiemateriaal niet uitdagend.
 
Aanbevelingen
Beide onderzoekers streven naar aanpassingen van het toetsingskader waarbinnen het onderwijs moet worden vormgegeven. Enkele instituten bieden wel goed ouderengeneeskundig onderwijs. Dat niveau moet op elke instelling op MBO, HBO en WO niveau gehaald kunnen worden. Docenten moeten worden aangesteld die als rolmodel fungeren voor de ouderengeneeskunde en verpleegkundige zorg voor ouderen.  
 
Prof. dr. Rudi Westendorp: “Hoe gaan we deze aanbevelingen in de praktijk brengen? Mijn collega Marieke Schuurmans en ik adviseren een kordaat traject van onderwijsinnovatie in te zetten. Noodzakelijke voorwaarden hierbij zijn kennis van zaken en financiële middelen. Wij staan samen met ZonMw heel erg open voor samenwerking met alle partijen. Dat zal deze innovatie kracht bijzetten.”
 
Achtergrond en aanleiding onderzoek
Prof. dr. Rudi Westendorp richtte in 2008 de Leyden Academy op, een kennis- en opleidingsinstituut op gebied van veroudering en vitaliteit. Leyden Academy biedt masteropleidingen voor studenten geneeskunde en cursorisch onderwijs aan bestuursleden en directeuren van zorgorganisaties. Vanuit zijn ervaring als internist en visie als hoogleraar ouderengeneeskunde constateerde Westendorp een spagaat tussen de dagelijkse praktijk en de wijze waarop nieuwe professionals worden opgeleid: met nadruk op enkelvoudige ziekte bij patiënten van jonge en middelbare leeftijd. “Dat staat op gespannen voet met de werkelijkheid waarbij de helft van het budget in de gezondheidszorg opgaat aan mensen van 65 en ouder. Het leek ons als dokters de juiste tijd om de thermometer te hanteren en de stand van het medisch onderwijs in Nederland op te nemen. Op hetzelfde moment heeft mijn collega prof. dr. Marieke Schuurmans een inventarisatie verricht naar de stand van het onderwijs over ouderen binnen de verpleegkundigen opleidingen. Dat hebben wij beiden gedaan met ondersteuning van ZonMw, alles binnen het kader van het Nationaal Programma Ouderenzorg.”
 
Bijgevoegd treft u de presentaties en onderzoeken van de medische curricula en verpleegkundige opleidingen.