In de Nederlandse zorg vindt een verschuiving plaats van paternalistische naar democratische zorg. Van zorgorganisaties wordt verwacht dat zij zich voornamelijk richten op het welzijn van hun bewoners en samen met de naasten van bewoners afstemmen over zorg. Hoewel deze manier van werken weerspiegeld wordt in verpleeghuisbeleid, blijkt het in de praktijk vaak lastig om democratische zorg te bieden.
Leefplezierbenadering
Om handvatten te bieden voor democratische zorg, ontwikkelden we samen met 110 zorgmedewerkers van 11 zorglocaties een leefplezierbenadering, -plan en -training. We maakten gebruik van responsieve evaluatie om de dialoog tussen de verschillende betrokkenen vorm te geven. Responsieve evaluatie is een methode die vaak wordt ingezet om wederzijds begrip tussen verschillende betrokkenen te bevorderen en een gezamenlijk leerproces te stimuleren. Dit sluit goed aan bij de leefplezierbenadering, waarin betrokkenen van elkaar leren door een persoonlijke band op te bouwen en verhalen met elkaar te delen. Hoe? Dat wordt duidelijk in het volgende voorbeeld, waarin een zorgmedewerker deelt hoe zij een bewoner beter heeft leren kennen:
“Het was voor mij best een uitdaging om een open gesprek te beginnen met deze bewoner, omdat hij last heeft van afasie. Daardoor vertelt hij niet veel over zichzelf en geeft hij vaak maar kort antwoord op vragen. Tijdens de gesprekken in zijn kamer kwam ik veel meer over hem te weten dan ik ooit had gedacht. Hij vertelde me ook dat hij het liefst zwarte koffie drinkt, maar omdat we hem altijd vragen “wil je koffie, met suiker en melk?” drinkt hij dat. Als we hem open vragen stellen voelt hij zich vrij om ons te vertellen wat hij wil.”
In de leefplezierbenadering staat het gezamenlijk vormgeven van persoonsgerichte zorg centraal. Hierbij is de inbreng van iedereen die bij het zorgproces betrokken is waardevol. Dit is een democratische visie op zorg, waarbij goede zorg begint in de leefwereld van de bewoner en het resultaat is van een intersubjectieve dialoog tussen de bewoner en zijn of haar (formele en informele) zorgverleners. Het volgende verhaal is een voorbeeld van hoe zo’n dialoog er in de praktijk uit kan zien:
“Een van onze bewoners rookt graag. Zijn familie voorziet hem van een dagelijkse voorraad sigaretten, dezelfde hoeveelheid die hij thuis rookte. Maar door zijn dementie raakt zijn voorraad snel op. Hij steekt de ene na de andere sigaret op, omdat hij vergeet dat hij net gerookt heeft. We bespraken het met zijn vrouw en kwamen tot de afspraak dat wij als zorgpersoneel de sigaretten bij ons zouden houden en dat hij elke keer dat hij wilde roken om een sigaret kon vragen. Maar het bleek dat de bewoner hier niet blij mee was en zich als een kind behandeld voelde door elke keer om een sigaret te moeten vragen. Ik begreep hem, maar legde hem ook uit waarom we tot deze afspraak waren gekomen. Hij begreep mijn punt ook en was het ermee eens dat hij de sigaretten beter niet zelf in beheer kon hebben. Daarna hebben we met hem én zijn vrouw afgesproken om hem elke keer dat hij erom vraagt vijf sigaretten te geven. Hij was veel gelukkiger met deze regeling.”
Democratische zorg
In het hoofdstuk ‘Democratic Care in Nursing Homes: Responsive Evaluation to Mutually Learn About Good Care’ presenteren we onze bevindingen van het leefplezierproject en bespreken we de implicaties voor het democratisch potentieel van organisaties. We laten zien dat de participatie van bewoners en hun naasten in het zorgproces kan bijdragen aan wederzijds begrip. Ook laten we zien dat dit een organisatiecultuur vereist waarin verschillende en soms tegenstrijdige perspectieven op wat goede zorg inhoudt worden erkend en ruimte wordt gecreëerd om daarover in dialoog te gaan.
Hoofdstuk 13: ‘Democratic Care in Nursing Homes: Responsive Evaluation to Mutually Learn About Good Care’ van Marleen Dohmen, Josanne Huijg, Susan Woelders en Tineke Abma, gepubliceerd in ‘Institutions and Organizations as Learning Environments for Participation and Democracy’, University of Innsbruck, uitgeverij Springer.